1. Maak een plan van aanpak volgens de 5 W’s. (WIE, WAT, WAAR, WANNEER EN HOE)
2. Geef een toelichting op welke ontwikkelingsgebieden de activiteit zich richt.
3.Geef een toelichting op de werkvorm (hoe ga je de activiteit doen), de instructie (hoe ga je de activiteit uitleggen), de materialen en hulpmiddelen (wat heb je nodig en hoe kom je daaraan?),
4. Maak een tijdsschema voor de activiteiten hoe lang duren de activiteiten de uitleg en de evaluatie.