Opfriscursus Nederlands voor collega's

Opfriscursus voor collega's
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Opfriscursus voor collega's

Slide 1 - Tekstslide

Hoe goed ben jij in de Nederlandse taal?
😒🙁😐🙂😃

Slide 2 - Poll

Onderwerpen van vandaag
  • Werkwoordspelling
  • Gebruik van hoofdletters
  • Veelgemaakte fouten
  • - hen / hun / zij
  • - me / mijn
  • - jou / jouw
  • - is / eens

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Persoonsvorm
Welk antwoord is goed?
A
Je vindt de persoonsvorm (pv) door de tijd in de zin te veranderen.
B
Je vindt de persoonsvorm (pv) door een vraag te maken van de zin.

Slide 5 - Quizvraag

Slide 6 - Tekstslide

Welk werkwoord verandert van klank in de verleden tijd?
A
Sterk werkwoord
B
Zwak werkwoord

Slide 7 - Quizvraag

Bij zwakke werkwoorden: als de laatste letter in 't ex-kofschip zit, dan gebruik je in de verleden tijd stam+:
A
t, te of ten
B
d, de of den

Slide 8 - Quizvraag

Indien het werkwoord geen persoonsvorm is verleng je het werkwoord om erachter te komen of je een t of d moet gebruiken.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quizvraag

Het gebeurt vandaag
A
Goed
B
Fout

Slide 10 - Quizvraag

Het is vandaag gebeurt
A
Goed
B
Fout

Slide 11 - Quizvraag

Het weer is zo irritant, het verandert elke dag.
A
Goed
B
Fout

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

dag mevrouw van boven,

voor kerstmis hebben mijn ouders een weekje turkije geboekt. omdat we vrijdagmiddag met de trein naar schiphol gaan, wil ik u vragen of ik vrijdag eerder weg mag. ik zou dan na de les engels van mevrouw van der meer weggaan.

alvast bedankt voor uw reactie, suze de vries

Slide 15 - Open vraag

Slide 16 - Video

Wat is een voorbeeld van een bezittelijk voornaamwoord?
A
me
B
mijn
C
ze
D
hun

Slide 17 - Quizvraag

Hun lesplan is al klaar.
A
Goed
B
Fout

Slide 18 - Quizvraag

Hun hebben dit goed voorbereid.
A
Goed
B
Fout

Slide 19 - Quizvraag

jou / jouw
Wat is het verschil eigenlijk?

Foefje, vervang jou door u en je hoort het gelijk! :)

Slide 20 - Tekstslide

Ik word gek van jou
A
Goed
B
Fout

Slide 21 - Quizvraag

Ik word gek van jouw geklets
A
Goed
B
Fout

Slide 22 - Quizvraag

Is / eens
Wat is het verschil eigenlijk?

Slide 23 - Tekstslide

Wil je mij is helpen?
A
Goed
B
Fout

Slide 24 - Quizvraag

Welke zin is goed geschreven?
A
Ik besef me dat dit een goede workshop is
B
Ik realiseer me dat dit een goede workshop is

Slide 25 - Quizvraag

Heb je wat aan deze opfriscursus gehad?
😒🙁😐🙂😃

Slide 26 - Poll

Hebben jullie behoefte aan een herhaling?
Nee
Ja, iedere periode
Ja, twee keer per jaar
Ja, één keer per jaar

Slide 27 - Poll