In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
voorbereiden op PO
zuur-base reacties
pH berekeningen
Slide 1 - Tekstslide
Wat is de juiste notatie van salpeterzuur-oplossing in een zuur/base-reactie?
A
HNO3(l)
B
HNO3(aq)
C
H+(aq)
D
H+(aq)+NO3−(aq)
Slide 2 - Quizvraag
Wat is de juiste notatie van waterstoffluoride-oplossing in een zuur/base-reactie?
A
HF(l)
B
HF(aq)
C
H+(aq)
D
H+(aq)+F−(aq)
Slide 3 - Quizvraag
geef de reactievergelijking tussen azijnzuur en barietwater
Slide 4 - Open vraag
geef de reactievergelijking tussen ammonia en zoutzuur
Slide 5 - Open vraag
geef de reactievergelijking tussen vast ijzer(II)oxide en een overmaat salpeterzuur
Slide 6 - Open vraag
Tommy wil de pH bepalen van een oplossing. Hij mengt in 4 reageerbuizen steeds een beetje oplossing met een indicator. Geef zo precies mogelijk aan tussen welke grenzen de pH van de oplossing ligt. Gebruik binas T52A.
A
3,8 < pH < 5,5
B
3,8 < pH < 4,4
C
5,4 < pH < 5,5
D
4,4 < pH < 4,8
Slide 7 - Quizvraag
De pH van een HClO2 oplossing blijkt 2,11 te zijn. Hoeveel mol HClO2 was er opgelost in 1L
A
5,5*10-3
B
7,8*10-3
C
1,1*10-2
D
5,4*10-3
Slide 8 - Quizvraag
Bepaal de massaverhouding van natriumdiwaterstoffosfaat en natriummonowaterstoffosfaat in een bufferoplossing met pH=6,86
Slide 9 - Open vraag
Tijdens een titratie is er 7,5 ml base gebruikt om te neutraliseren. 1ml base reageert met 18,5 mg zuur. Hoeveel zuur was aanwezig in het te onderzoeken 'monster'?