Hoofdstuk 4 Procenten 4.5 + 4.6

Welkom
Pak je spullen voor je en zet je vragen op het bord.
Je laptop blijft in de tas.
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 75 min

Onderdelen in deze les

Welkom
Pak je spullen voor je en zet je vragen op het bord.
Je laptop blijft in de tas.

Slide 1 - Tekstslide

Doelen
Aan het einde van deze les kan/weet jij...
... een grafiek bij een tabel tekenen.
... wat een zaagtand is.
... een geschikte stapgrootte kiezen.

Slide 2 - Tekstslide

4.5 Grafieken tekenen
  • Je leert een grafiek bij een tabel tekenen.
  • Je leert wat een zaagtand is.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

stap 1:  Teken een assenstelsel.
Teken mee!

Slide 5 - Tekstslide

Maak een grafiek bij deze tabel.

Slide 6 - Tekstslide

stap 1:  Teken een assenstelsel.

Slide 7 - Tekstslide

stap 2:  Zet de getallen langs de x-as en ook de naam van de assen.

Slide 8 - Tekstslide

stap 3:  Je wil nu de getallen op de y-as zo verdelen dat je grafiek wel een beetje in evenwicht is. Voor je x=as heb je 7 hokjes gebruikt. Dan kan je dit ook op de y-as  doen, hiervoor moet je dan 114 verdelen over 7 vakjes.  

Slide 9 - Tekstslide

stap 3:    114 verdelen over 7 vakjes dat is 114 : 7 in ongeveer 15 per                    hokje!
Dit is niet heel erg duidelijk en alles onder de 108 gebruiken we helemaal niet! Dus beter beginnen bij 106 of 108.

Slide 10 - Tekstslide

stap 4:    Maar elk hokje moet dezelfde stapgrootte hebben. 
                 Je mag niet zomaar bij 108 beginnen.
We tekenen daarom een scheurlijn (zaagtand). We zeggen daarmee: het is er wel maar ik teken het niet! 

Je grafiek zie er zo al een stuk duidelijker uit.

Slide 11 - Tekstslide

Stap 5: We kunnen ook de x-as nog wat opschuiven.
              Klaar!
 We hebben nu een compacte grafiek die we snel en makkelijk kunnen aflezen.

Maar vergeet dan ook hier de scheurlijn (zaagtand) niet! 

Slide 12 - Tekstslide

Zelfstandig werken
Hoe werk je? – Eerste 5 minuten in stilte daarna op fluistertoon overleggen.
Hulp? – 1. Lees de theorie en kijk naar de voorbeelden.
                 2. Overleg binnen je rij op fluistertoon of probeer een andere opgave.
                 3. Vraag de docent.
Klaar? – Nakijken daarna Zeeslag (ligt op bureau).
Maken? – 4.5 opgave 28, 29, 31, 32








timer
5:00

Slide 13 - Tekstslide

Log in op de LessonUp.

Slide 14 - Tekstslide

Een zaagtand gebruik je om ...
A
de verticale as in te korten.
B
een stuk over te slaan in een assenstelsel.
C
maak je de grafiek korter.
D
haal je een stuk uit de grafiek.

Slide 15 - Quizvraag

Gebruik je hier een zaagtand?
Tijd (min)
0
5
10
15
hoogte (cm)
40
30
25
0
A
Ja op de horizontale as
B
Ja op de verticale as
C
Nee ik gebruik geen zaagtand
D
Ik heb geen idee

Slide 16 - Quizvraag

Zaagtand?

A
wel
B
geen

Slide 17 - Quizvraag

4.6 Langs de assen
  • Je leert een geschikte stapgrootte kiezen.

Slide 18 - Tekstslide

Paragraaf 4.6
Als je een grafiek tekent (of je 
nu een zaagtand gebruikt of 
niet). De afstand tussen alle 
getallen op de horizontale of 
verticale as moet steeds
hetzelfde zijn.

Slide 19 - Tekstslide

Stapgrootte = de grootte van de stappen op de assen.
Stapgrootte = 10
Stapgrootte = 2
Stapgrootte = 40
Stapgrootte = 4

Slide 20 - Sleepvraag

Verticaal
stapgrootte van?
A
0,5
B
1
C
2
D
5

Slide 21 - Quizvraag

Als je een grafiek tekent, welke volgorde kan je dan het beste aanhouden?
1
2
3
4
5
teken een assenstelsel
kies een geschikte stapgrootte voor elke as
gebruik eventueel een zaagtand
zet de grootheden en eenheden langs de assen
teken de grafiek met potlood

Slide 22 - Sleepvraag

Opgave 34
a) Welk getal moet op de stippen bij de verticale as staan?
b) Welk getal moet op de stippen bij de horizontale as staan?
Schrijf mee!

Slide 23 - Tekstslide

Zelfstandig werken
Hoe werk je? – Eerste 5 minuten in stilte daarna op fluistertoon overleggen.
Hulp? – 1. Lees de theorie en kijk naar de voorbeelden.
                 2. Overleg binnen je rij op fluistertoon of probeer een andere opgave.
                 3. Vraag de docent.
Klaar? – Nakijken daarna Zeeslag (ligt op bureau).
Maken? – 4.5 opgave 28, 29, 31, 32
                     4.6 opgave 34, 35, 36, 37, 38








timer
5:00

Slide 24 - Tekstslide