In deze les zitten 17 slides, met interactieve quiz en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Retaillogistiek
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we vandaag doen?
Uitleg h1 boek B
opdrachten maken
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoelen
1. Aan het eind van de les kun je uitleggen wat de bestelgrootte en bestelfrequentie zijn
2. Aan het eind van de les weet je wat bestelkosten zijn en weet je hoe deze berekend wordt
3. Aan het eind van de les weet je wat de optimale bestelgrootte is en hoe je deze kunt berekenen
Slide 3 - Tekstslide
1.1 Bestellen
Slide 4 - Tekstslide
Bestelling plaatsen
Slide 5 - Tekstslide
Besteleenheid
Afhankelijk van de hoeveelheid artikelen in een doos, kist, container of pallet verpakt worden.
Slide 6 - Tekstslide
Bestelmoment
Dag/tijdstip dat je besteld
Slide 7 - Tekstslide
Bestelfrequentie
Het aantal keer dat je een bestelling plaatst in een bepaalde periode (altijd afronden
Formule: Jaarafzet
bestelgrootte
Slide 8 - Tekstslide
Bestelgrootte
formule: jaarafzet
bestelfrequentie
Slide 9 - Tekstslide
Bestelkosten
Als je artikelen gaat bestellen, dan maak je kosten.
Verzend- of transportkosten
Personeelskosten
Administratiekosten
Slide 10 - Tekstslide
1.2 Optimale bestelgrootte
De hoeveelheid moet je bestellen als de kosten niet te hoog wilt laten oplopen en de klanten zo veel mogelijk wilt kunnen bieden? --> Optimale bestelgrootte
--> totale kosten= voorraadkosten +bestelkosten
Slide 11 - Tekstslide
De BQ-bestelmethode gebruik je als je vooral bestelt wanneer de voorraad onder een bepaald niveau komt en er afspraken zijn om dan een vaste hoeveelheid te bestellen. Als je niet aan beperkingen van de ruimte vastzit, kun je producten in het magazijn of in een ander schap opslaan.
Je bent daarmee heel flexibel in hoeveel en wanneer je bestelt.
De BS-bestelmethode gebruik je als je op onregelmatige tijdstippen wilt kunnen bestellen, maar wel gebonden bent aan een maximale voorraad
De sQ-bestelmethode gebruik je als de verkoop redelijk gelijkmatig is, maar de artikelen niet de kern van het assortiment zijn.
De sS-bestelmethode gebruik je wanneer je met de bestelling niet boven een bepaald maximum voorraadniveau wilt komen. Dat maximum is vaak de schapruimte in de winkel. Je kijkt op vaste momenten hoeveel je moet bestellen om de voorraad aan te vullen tot het maximum. Die hoeveelheid kan per keer verschillen.
Slide 12 - Tekstslide
Hoe zou dit in de praktijk zijn? Waar loop je tegen aan als je zo flexibel mogelijk wilt bestellen?
Slide 13 - Open vraag
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Opdrachten maken
2 t/m 9, 11, 12,14,16
of 18 t/m 21
Slide 16 - Tekstslide
Leerdoelen
1. Aan het eind van de les kun je de bestelgrootte en bestelfrequentie berekenen
2. Aan het eind van de les weet je wat bestelkosten zijn en kun je deze berekenen
3. Aan het eind van de les weet je wat de optimale bestelgrootte is en hoe je deze kunt berekenen