week 2 - les 2 - Argumentatieschema's

Argumenteren is te leren!
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Argumenteren is te leren!

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
Aan het eind van de les weet je wat er wordt bedoeld met argumentatieschema's.

Dit is belangrijk voor het debat, omdat je dan weet hoe je jouw stelling krachtig verdedigt en hoe je zwakke argumentatie van de ander kunt achterhalen.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

argumentatieschema's

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het geheel van argumenten en standpunt wordt redenering of argumentatie genoemd.

Het verband tussen argumenten en standpunt noemen we een argumentatieschema.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De argumentatie kan gebaseerd zijn op:.

  • oorzaak en gevolg
  • kenmerk of eigenschap
  • voor- en nadelen
  • voorbeelden
  • vergelijking
  • autoriteit

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Argumentatie op basis van oorzaak en gevolg.
Een feit of gebeurtenis leidt tot een ander feit of andere gebeurtenis.

Slide 7 - Tekstslide

Voorbeeld:
Ik heb mijn been gebroken, want ik ben onder de auto gekomen.
Argumentatie op basis van kenmerk of eigenschap.
Als alle onderdelen van een groep hetzelfde kenmerk hebben, dan heeft een onderdeel van de groep dat kenmerk ook.

Slide 8 - Tekstslide

Voorbeeld:
Een ijsbeer is groot, wit, leeft op de noordpool en heeft een zachte vacht.
Als een dier groot, wit en zacht is en op de Noordpool leeft, dan is het dus een ijsbeer.
Argumentatie op basis van voor- en nadelen.
Hier wordt een afweging gemaakt: de voordelen worden vergeleken met de nadelen. Op basis daarvan wordt een oordeel uitgesproken.

Slide 9 - Tekstslide

De voordelen van het hebben van een hond is dat ze lief zijn, je vaker gaat wandelen en er altijd iemand blij is om je te zien. Nadeel is dat het een handenbindertje is. Toch wegen de voordelen zwaarder, dus wil ik een hond.
Argumentatie op basis van voorbeelden.
Argumenten zijn gebaseerd op voorbeelden.

Slide 10 - Tekstslide

Pietje heeft ook een Playstation 5, dus dan mag ik het ook.
Argumentatie op basis van autoriteit
Een standpunt wordt ondersteund door een uitspraak van een deskundige of gezaghebbende.

Slide 11 - Tekstslide

De leraar zegt dat je device in de tas moet, dus dan moet je dat ook doen.
Argumentatie op basis van vergelijking
Er wordt een vergelijking gemaakt tussen twee gevallen. 

Slide 12 - Tekstslide

De koffie van de Hema is goedkoper dan die van het café daar op de hoek, dus daarom ga ik naar de Hema voor de koffie.
Mensen zouden wat meer met de fiets naar hun werk moeten gaan, want dat is goed voor het milieu en het is goed voor hun conditie.
A
Argumentatie op basis van oorzaak en gevolg
B
Argumentatie op basis van voor- en/of nadelen
C
Argumentatie op basis van autoriteit
D
Argumentatie op basis van voorbeelden

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ik denk dat hij zich nauwelijks betrokken voelt bij het bedrijf en zijn collega's. Zo heeft hij zich gisteren ziek gemeld, terwijl hij 's middags wel in de sportschool was.
A
Argumentatie op basis van oorzaak en gevolg
B
Argumentatie op basis van voor- en/of nadelen
C
Argumentatie op basis van autoriteit
D
Argumentatie op basis van voorbeelden

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het is de hoogste tijd dat de lonen van alle Nederlanders omhoog gaan. De president van De Nederlandsche Bank heeft dat laatst ook in een interview gezegd.
A
Argumentatie op basis van oorzaak en gevolg
B
Argumentatie op basis van voor- en/of nadelen
C
Argumentatie op basis van autoriteit
D
Argumentatie op basis van voorbeelden

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ik vrees dat de leerkrachten in het basisonderwijs de zo gewenste loonsverhoging niet zullen krijgen; de docenten in het voortgezet onderwijs kregen immers laatst ook niet meer salaris.
A
Argumentatie op basis van oorzaak en gevolg
B
Argumentatie op basis van voor- en/of nadelen
C
Argumentatie op basis van vergelijking
D
Argumentatie op basis van voorbeelden

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het standpunt van de schrijver?

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke argumenten geeft de schrijver?

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk argumentatieschema is hier gebruikt? Een argumentatie op basis van...
A
Argumentatie op basis van oorzaak en gevolg
B
Argumentatie op basis van voor- en/of nadelen
C
Argumentatie op basis van vergelijking
D
Argumentatie op basis van voorbeelden

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zelf aan de slag! (10 min)
Ga naar Op Niveau 
Maak opdracht 1 van blok 3 lezen (blz. 174)

 
 

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke argumentatieschema's vind je nog lastig?

Slide 21 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Probeer nog eens een argument te bedenken en geef aan op basis van welk schema (voor- en nadelen, kenmerk of eigenschap etc.):
Ouders moeten 1 keer per dag meekijken op de telefoon van hun kinderen.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noteer hier je argumentatieschema. (Let op, dit is dus inclusief stelling)

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies