Zakelijke e-mail: Les 1

Welkom
Pak je boeken, agenda en etui, zet je tas op de grond.
Telefoons uit en niet zichtbaar.
Zit klaar zodat we direct met de les kunnen beginnen.
Magister; controle absentie, agenda, boeken en huiswerk
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom
Pak je boeken, agenda en etui, zet je tas op de grond.
Telefoons uit en niet zichtbaar.
Zit klaar zodat we direct met de les kunnen beginnen.
Magister; controle absentie, agenda, boeken en huiswerk

Slide 1 - Tekstslide

Lezen Like me

Slide 2 - Tekstslide

Zakelijke e-mail schrijven

Slide 3 - Tekstslide

Aan wie kun je een
e-mail sturen?
Noem twee voorbeelden.

Slide 4 - Woordweb

Wat is een persoonlijke e-mail?

Slide 5 - Open vraag

Ik schrijf een persoonlijke e-mail naar de Zara als ik een klacht heb over een broek die ik heb gekocht.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 6 - Quizvraag

Ik heb een ontzettend leuk weekend gehad en daar wil ik mijn oma over vertellen.
Ik schrijf een ........
A
Persoonlijke e-mail
B
Zakelijke e-mail

Slide 7 - Quizvraag

Geachte heer/ mevrouw,
Past goed bij een......
A
Persoonlijke e-mail
B
Zakelijke e-mail

Slide 8 - Quizvraag

Lesdoel
  • Aan het einde van deze les(sen) weet ik wat het tekstdoel is bij een zakelijke e-mail en voor welk publiek een zakelijke e-mail is bedoeld. 
  • Aan het einde van deze les weet ik wat de juiste indeling is van een zakelijke e-mail. 
  • Aan het einde van deze les weet ik  dat formeel taalgebruik hoort bij een zakelijke e-mail.

Slide 9 - Tekstslide

Wat weet ik al over een
zakelijke e-mail?

Slide 10 - Woordweb

Leespubliek:
Aan wie schrijf je een zakelijke e-mail?

Je schrijft aan iemand die je niet persoonlijk kent. ( Jullie zijn geen vrienden of familie)

Bijvoorbeeld:
De tandarts,  of Vodafone,                    (je docent)

Slide 11 - Tekstslide

Tekstdoel
Wanneer schrijf je de zakelijke e-mail?  Dus met welk doel!

Bijvoorbeeld:
  • Je hebt een vraag aan je docent.
  • Je wilt een afspraak verzetten bij de tandarts.
  • Je wilt informatie over een nieuwe telefoon.
  • Je hebt een klacht over een jas die je gekocht hebt.

Slide 12 - Tekstslide

Taalgebruik
Een persoonlijke e-mail schrijf je dus aan iemand die je  niet persoonlijk kent?
Die persoon spreek je daarom ook op een zakelijke manier aan. 

U, Mevrouw Gerbranda, meneer Roes  (dus geen je en jij!)

Dit noem je formeel taalgebruik

Slide 13 - Tekstslide

indeling e-mail
blz 40 van je boek

Slide 14 - Tekstslide

Wat heb je geleerd?
  • Ik weet wat het tekstdoel is bij een zakelijke e-mail en voor welk publiek een zakelijke e-mail is bedoeld.  
  • Ik weet wat de juiste indeling is van een zakelijke e-mail.  
  • Ik weet dat formeel taalgebruik hoort bij een zakelijke e-mail.

Slide 15 - Tekstslide

Wat wordt er bedoeld met het tekstdoel?
A
Voor wie de tekst bedoeld is.
B
Dat ik u en jij gebruik in mijn tekst.
C
Waarom ik de tekst schrijf.

Slide 16 - Quizvraag

In de kern........
A
Vertel ik wie ik ben.
B
Vertel ik wat ik verwacht van de ontvanger.
C
Vertel ik waar het echt om gaat.

Slide 17 - Quizvraag

Een passende slotformule voor mijn Zakelijke e-mail is.....?
Tip: Er zijn meerdere antwoorden goed!
A
Hoogachtend,
B
Groetjes,
C
Liefs,
D
Met vriendelijke groet,

Slide 18 - Quizvraag

zelfstandig werken
Schrijf een zakelijke e-mail naar mevrouw Gerbranda. Je vertelt aan haar wat het leukste is op school. Geef ook aan wat er verbeterd kan worden op school zodat het nog leuker wordt. Geef bij beide punten aan waarom.  
  • correcte aanhef en afsluiting
  • de inleiding heeft 1 alinea waarin je jezelf voorstelt
  • de kern heeft twee alinea's. Ieder deelonderwerp heeft een eigen alinea.
  • het slot heeft 1 alinea: wat verwacht je en bedanken
  • let op: spelling, correcte zinnen, taalgebruik

Slide 19 - Tekstslide

voorbeeld
Geachte mevrouw Gerbranda,

Deze e-mail schrijf ik om te vertellen wat ik leuk vind aan het Maris College en wat er beter zou kunnen. 

..........

Slide 20 - Tekstslide