§7.1 Deeltjesmodel

H7 Materie
Het model van een stof
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

H7 Materie
Het model van een stof

Slide 1 - Tekstslide

§1 Het deeltjesmodel
Doel van de les:
  • weten hoe een stof is opgebouwd
  • kunnen uitleggen wat het deeltjesmodel is
  • de faseovergangen kunnen verklaren met het deeltjesmodel
  • weten wat een scheikundige reactie is

Slide 2 - Tekstslide

Waar denk je aan bij het woord: Deeltjesmodel

Slide 3 - Woordweb

Iedere stof
 heeft een unieke combinatie van stofeigenschappen!

Slide 4 - Tekstslide

Stofeigenschappen
Om een stof te herkennen kijk je welke eigenschappen die stof heeft.

Er bestaan geen verschillende stoffen die precies dezelfde eigenschappen hebben.

Als er maar 1 stofeigenschap anders is, gaat het om een andere stof!

Slide 5 - Tekstslide

Noem een aantal stofeigenschappen

Slide 6 - Open vraag

Welke stofeigenschappen zijn er?
Voorbeelden van stofeigenschappen:
  • kleur
  • geur
  • smaak 
  • fase bij kamertemperatuur 
       (vast, vloeibaar of gasvormig)
  • brandbaarheid
  • smeltpunt en kookpunt
  • geleiding
  • dichtheid
  • wel of niet magnetisch

Slide 7 - Tekstslide

Is vorm een stofeigenschap?
A
ja
B
nee

Slide 8 - Quizvraag

Vorm is geen stofeigenschap!
Stoffen kunnen in meerdere vormen voorkomen.

Voorbeeld: water
water in vaste vorm: ijsklontje
water in vloeibare vorm: in een glas
water in gasvorm: waterdamp

Maar het blijft water!

Slide 9 - Tekstslide

Moleculen als bouwstenen
Waar bestaan stoffen uit?

Alle stoffen bestaan uit moleculen.

Een molecuul is het kleinste deeltje van een stof dat nog alle eigenschappen van die stof heeft.

Als je een molecuul nog verder gaat bekijken bestaat het uit atomen.

Slide 10 - Tekstslide

Voorbeeld molecuul en atomen
Water (                 ) bestaat uit watermoleculen.

Watermoleculen bestaan uit twee soorten atomen, waterstof (H) en zuurstof (O).

Een watermolecuul bestaat uit 2 waterstofatomen en 1 zuurstofatoom
H2O

Slide 11 - Tekstslide

De moleculen van één stof zijn allemaal gelijk aan elkaar.
A
waar
B
niet waar

Slide 12 - Quizvraag

Het deeltjesmodel


Wordt gebruikt om stofeigenschappen en verschijnselen beter te begrijpen

Slide 13 - Tekstslide

Iedere stof heeft zijn .................
moleculen.
A
eigen vorm
B
eigen soort
C
eigen grootte
D
eigen organisatie

Slide 14 - Quizvraag

Welke eigenschappen hebben de moleculen volgens het deeltjesmodel?
A
veranderen niet
B
bewegen voortdurend
C
trekken elkaar aan
D
zijn allemaal evengroot

Slide 15 - Quizvraag

Fasen van stoffen

Slide 16 - Tekstslide

vaste stof
  • Heeft een eigen volume.
  • Heeft een eigen vorm.
  • De deeltjes liggen steeds op dezelfde plaats, bewegen een heel klein beetje.
  • Moleculen trillen zacht
  • Ze trekken elkaar sterk aan.
  • Er is weinig ruimte tussen de deeltjes.

Slide 17 - Tekstslide

vloeistof
  • Heeft een eigen volume.
  • Heeft geen eigen vorm.
  • De deeltjes bewegen door elkaar heen.
  • De deeltjes trekken elkaar een beetje aan.
  • Moleculen trillen een beetje
  • Er is een beetje ruimte tussen de deeltjes.

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Verklaar de gebeurtenis uit het filmpje met het deeltjesmodel
A
de moleculen van een stof veranderen niet
B
de moleculen van een stof bewegen
C
de moleculen van een stof trekken elkaar aan

Slide 20 - Quizvraag

gas
  • Heeft geen eigen volume.
  • Heeft geen eigen vorm.
  • De deeltjes bewegen op hoge snelheid door elkaar. 
  • Ze trekken elkaar bijna niet aan.
  • Moleculen trillen heel veel
  • Er is heel veel ruimte tussen de deeltjes

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

In een gas bewegen de moleculen
A
Heel snel
B
Heel langzaam

Slide 23 - Quizvraag

1

3

2
4

4

4

4

4

4

Vast
Gas
Vloeibaar
Smelten
Stollen
Verdampen
Condenseren
Sublimeren
Rijpen

Slide 24 - Sleepvraag

In de vaste fase van een stof kunnen de moleculen niet bewegen
A
waar
B
niet waar

Slide 25 - Quizvraag

Bij welke fase bewegen de deeltjes het snelst?
A
Vast
B
Vloeistof
C
Gas
D
Ze bewegen altijd even snel

Slide 26 - Quizvraag

Stoffen veranderen
Bij een fase overgang veranderen de moleculen niet.

Wanneer moleculen wel veranderen spreek je van een chemische reactie.

Slide 27 - Tekstslide

Chemische reacties
Stel je steekt je kruk in de brand. Het hout zal gaan branden en je houdt as over. Dit is een voorbeeld van een chemische reactie. 

Bij een chemische reactie verdwijnen je beginstoffen (hout) en ontstaan er nieuwe reactieproducten (as)

Slide 28 - Tekstslide

Reactieschema's
beginstoffen -> eindproducten

voorbeeld
verbranding van aardgas

methaan + zuurstof -> koolstofdioxide + water

Slide 29 - Tekstslide

Natuurkunde of scheikunde?
Scheikunde gaat over onomkeerbare veranderingen (bijvoorbeeld een chemische reactie)

Natuurkunde gaat over omkeerbare veranderingen (bijvoorbeeld fase overgangen)

Slide 30 - Tekstslide

Wat is wat?
Scheikunde
Natuurkunde

Slide 31 - Sleepvraag

Leerdoelen behaald?
  • weten hoe een stof is opgebouwd
  • het deeltjesmodel omschrijven
  • aangeven wanneer moleculen zich in welke fase bevinden
  • de verschillende fases beschrijven 
  • weten wat een scheikundige reactie is

Slide 32 - Tekstslide

Opdrachten
Maken:
 H 7 - §1 
opdracht 1 t/m 11 blz. 76 - 77 werkboek deel B

Slide 33 - Tekstslide