Basismaterialen in de keuken

Basismaterialen in de keuken
Vander Putten Cindy
Lemarcq Jolien
Gruwez Charis

2de jaar, 1ste graad
A-stroom
Maatschappij en welzijn
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
Gezondheid en welzijnSecundair onderwijs

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Basismaterialen in de keuken
Vander Putten Cindy
Lemarcq Jolien
Gruwez Charis

2de jaar, 1ste graad
A-stroom
Maatschappij en welzijn

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
  1. OVUR-schema opstellen
  2. Keukenmaterieel en -materiaal onderscheiden en correct gebruiken
  3. Basishygiëne keuken
  4. Beslag bereiden voor cupcakes
  5. Cupcakes bakken

Slide 2 - Tekstslide

Materiaal

= de bouwstof
= de grondstof

bv -->eieren


Materieel

= benodigdheden om het materiaal te verwerken

bv --> klopper
Ezelsbrug
Je hebt materiaal nodig om met materieel te bewerken, Eerst materiaal en dan materieel, (De a voor de e in het alfabet)

Slide 3 - Tekstslide

Snijplanken
  • Witte snijplanken – Brood en zuivelproducten
  • Gele snijplanken – Gevogelte
  • Bruine snijplanken – Gebraden vlees
  • Rode snijplanken – Rauw vlees
  • Blauwe snijplanken – Rauwe vis
  • Groene snijplanken – Verse Groente, fruit en salades
  • Paarse snijplanken – Allergenen
Materieel

Slide 4 - Tekstslide

De groene snijplank... 
is voor groente.

Slide 5 - Tekstslide

De blauwe snijplank...
is voor vis.

Slide 6 - Tekstslide

De rode snijplank...
is voor rauw vlees.

Slide 7 - Tekstslide

De bruine snijplank...
is voor gebakken vlees.

Slide 8 - Tekstslide

De gele snijplank...
is voor kip.

Slide 9 - Tekstslide

de witte snijplank
is voor brood en kaas

Slide 10 - Tekstslide

Materieel: verschillende soorten messen
De verschillende soorten messen zijn enkel informatief bedoeld.  Dit wordt niet gevraagd op een toets.

Slide 11 - Tekstslide

Instructiekaart
Dit kunnen jullie thuis oefenen. Zorg enkel dat er pleisters in de buurt zijn :-)

Slide 12 - Tekstslide

Zet de correcte benaming bij het materieel
Oven of fourneau
Klopper of garde
Cupcake- of muffinvorm
Pannenlikker of spatel
Soeplepel of louche
Mengkom of beslagkom

Slide 13 - Sleepvraag

Zet de correcte benaming bij het materiaal
Eieren
Bloem of farine
Suiker
Boter

Slide 14 - Sleepvraag

Wat gaan we woensdag doen?

  • Een OVUR-schema maken
  • Cupcake beslag maken 
  • Cupcake proeven 

Slide 15 - Tekstslide

OVUR-schema
Voor je gaat koken, maak je altijd eerst een planning.



Slide 16 - Tekstslide

OVUR
  • Oriënteren
  • Voorbereiden
  • Uitvoeren
  • Reflecteren

Slide 17 - Tekstslide

1. Oriënteren

  • Wat wordt er van mij verwacht?
  • wat wil ik ermee bereiken?
  • Hoe moet ik dit doen?
2. Voorbereiden

3. Uitvoeren

4. Reflecteren

  • Lees het recept grondig door!
  • Welk materiaal heb ik nodig?
  • Welk materieel heb ik nodig?
  • Je voert de opdracht uit. (bv: je maakt de cupcakes)
  • Heb ik het goed gedaan?
  • Zijn ze lekker?

Slide 18 - Tekstslide


Bedankt voor jullie inzet!
Afsluiter:
Wat zal/ wil je nooit meer vergeten van deze les?

Slide 19 - Tekstslide