H3.2 Hoe verloren vorsten hun macht?

• Mens & Maatschappij
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

H3 'Wat mag wel en wat mag niet'

cursus 3.2 'Hoe verloren vorsten hun macht'

Tijdvak 7:

Tijd van pruiken en revoluties (1600-1700)

Planning

• Lesdoelen vorige les
• Lesdoelen deze les
• Instructie / zelfstandig werken
• Aan de slag
• Lesdoelen evalueren

Herhaling lesdoelen 3.1

Wat is een recht en wat is een plicht?

Welke personen spelen een belangrijke rol bij een rechtszaak?

1. verdachte, rechter, advocaat
2. officier van justitie, rechter, advocaat
3. verdacht, rechter, officier van justitie
4. getuige, advocaat, rechter

'Twee buren hebben ruzie over de bouw van een schuur' valt onder:

1. Strafrecht
2. Civiel (burgerlijk) recht

'Twee mannen hebben iemand mishandeld' valt onder:

1. Strafrecht
2. Civiel (burgerlijk) recht

Wanneer krijgt iemand TBS (terbeschikkingstelling)?

Lesdoelen 3.2

•  Je kunt het begrip Franse Revolutie uitleggen en het jaartal noemen.

• Je kunt uitleggen waarom de burgers in opstand kwamen tegen de Franse koning Lodewijk XVI.

 

• Je kunt het begrip patriotten uitleggen.

• Je kunt het begrip Bataafse Revolutie uitleggen en het jaartal noemen.

Franse Revolutie

• Begon op 14 juli 1789
• Lodewijk XVI heeft de absolute macht: Hij nam alle beslissingen zelf en hoefde aan niemand verantwoording af te leggen.
• Burgers komen in opstand, omdat ze teveel belastingen moesten betalen en mee wilden beslissen over wetten.
• 'Vrijheid, gelijkheid en broederschap.'

Bekijk de afbeeldingen.
Waarom heet dit tijdvak
Pruiken en Revoluties?

Wat zijn patriotten?

Bataafse Revolutie

• Begon in 1795
• Patriotten kwamen in opstand tegen de macht van de Stadhouder en de Regenten.
• Patriotten wilden dat het bestuur van een land, stad, provincie door burgers werd gekozen.
• Met behulp van een Frans leger versloegen de patriotten de orangisten (steunden de Stadhouder Willem V). 
  

Zelfstandig / Instructie volgen

1) Zelfstandig werken:

•Je leest eerst alle leerstoffen door (ong. 10-15min).

•Je maakt eerst de begrippen en betekenissen van de cursus.

•Je maakt alle opdrachten van de cursus, ook de blauwe.

•Je kunt na het maken va nde opdrachten  en lezen van de leerstof de lesdoelen beantwoorden

Aan de slag

Maken:

• Cursus 3.2 blz. 89 t/m 92 opdrachten 1 t/m 9
  
• Begrippen en betekenissen

Klaar:

• Denk aan de extra opdrachten!! 

Evaluatie Lesdoelen 3.2

• Je kunt het begrip Franse Revolutie uitleggen en het jaartal noemen.

• Je kunt uitleggen waarom de burgers in opstand kwamen tegen de Franse koning Lodewijk XVI.

 

• Je kunt het begrip patriotten uitleggen.

• Je kunt het begrip Bataafse Revolutie uitleggen en het jaartal noemen.