P1 Les 3 BBL - Lezen Taak 3

Welkom!
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom!

Slide 1 - Tekstslide

Deze les: 
Informerende en instruerende teksten
kernzinnen 
hoofdgedachte
hoofd- en bijzaken 

Slide 2 - Tekstslide

vorige les
opbouw van een tekst
leesstrategieën
signaalwoorden 

Slide 3 - Tekstslide

verkennend lezen 
globaal lezen 
intensief lezen
je weet de tekstsoort
je weet het onderwerp
je weet de hoofdgedachte van de tekst

Slide 4 - Sleepvraag

begrippendomino 
Twee groepen
Iedereen krijgt 1 of meerdere kaartjes.
Leg samen de kaartjes in de goede volgorde.
Welke groep is als eerst klaar?

Slide 5 - Tekstslide

Advertentie op Instagram
A
informeren
B
instrueren
C
overtuigen
D
activeren/overhalen

Slide 6 - Quizvraag

Nieuwsbericht over nieuwe coronamaatregelen
A
informeren
B
instrueren
C
overtuigen
D
overhalen

Slide 7 - Quizvraag

Oproep om te gaan demonstreren tegen de uitrol van 5G
A
informeren
B
instrueren
C
overtuigen
D
activeren

Slide 8 - Quizvraag

Je schrijft een brief aan de gemeente over de verkeersoverlast in jouw straat. Jij wilt dat daar iets aan gedaan wordt.
A
informeren
B
instrueren
C
overtuigen
D
overhalen

Slide 9 - Quizvraag

Je werkt op een ICT-afdeling van een bedrijf. Je mailt jouw collega's over hoe ze Teams moeten installeren op hun laptop.
A
Informeren
B
Instrueren
C
Overtuigen
D
Overhalen

Slide 10 - Quizvraag

Lees (en beluister) de tekst.

Slide 11 - Tekstslide

De tekst bestaat uit vier zinnen. Wat is volgens jou de belangrijkste zin?

Slide 12 - Open vraag

Als zin 2 de belangrijkste zin van de tekst is,
wat is dan het tekstdoel?
A
Instrueren
B
Informeren
C
Adviseren
D
Overhalen

Slide 13 - Quizvraag

Als zin 3 de belangrijkste zin van de tekst is,
wat is dan het tekstdoel?
A
Instrueren
B
Informeren
C
Adviseren
D
Overhalen

Slide 14 - Quizvraag

Welke dubbele betekenis heeft het woord 'grenzeloos' als je let op de titel en de inhoud van de tekst?

Slide 15 - Open vraag

HOOFDZAKEN
- wat belangrijk is in een tekst
- hoofdzaken lees je vaak in de inleiding, in het slot en in de kernzin van elke alinea
- tussenkopjes en anders gedrukte woorden kunnen ook helpen om hoofdzaken te vinden

Slide 16 - Tekstslide

KERNZINNEN
- in een kernzin zet een schrijver vaak het belangrijkste van de alinea: de hoofdzaak

- andere zinnen bevatten bijzaken, minder belangrijke dingen

Slide 17 - Tekstslide

KERNZINNEN
- een kernzin is vaak de eerste of de laatste zin van de alinea

- soms is er geen duidelijke kernzin. Die moet dan zelf gemaakt worden door een zin te maken met het kernwoord

Slide 18 - Tekstslide

ONDERWERP van een tekst
- Het onderwerp van een tekst geeft aan waar de tekst over gaat.
- Het onderwerp van een tekst kun je vaak met één of enkele woorden opnoemen. 
- Het onderwerp van een tekst vind je door te letten op:  tussenkopjes en dikgedrukte of onderstreepte woorden.

Slide 19 - Tekstslide

HOOFDGEDACHTE van een tekst


- het belangrijkste van een tekst kan 

in één zin samengevat worden:
de hoofdgedachte

Slide 20 - Tekstslide

HOOFDGEDACHTE van een tekst
- je vindt de hoofdgedachte van een tekst door de vraag te stellen:
Wat is het belangrijkste wat in de tekst over het onderwerp wordt gezegd?

- de hoofdgedachte van een tekst staat vaak in de inleiding of in het slot van een tekst

 

Slide 21 - Tekstslide

SAMENVATTEN
- een samenvatting is een zelfgemaakte, korte weergave van de belangrijkste dingen (de hoofdzaken) uit een tekst

- verwerk hoofdzaken in de samenvatting, laat bijzaken weg
- formuleer de samenvatting in je eigen woorden

Slide 22 - Tekstslide

SAMENVATTEN
- je gebruikt je eigen woorden in een samenvatting om jezelf te dwingen de leerstof te lezen, te verwerken en te begrijpen. Je legt zo verbanden met kennis die je al hebt.

- het is minder nuttig om teksten letterlijk over te nemen.

Slide 23 - Tekstslide

Wat staat er vaak in een kernzin?
A
Minder belangrijke dingen
B
Een samenvatting
C
Een hoofdzaak
D
Een tussenkopje

Slide 24 - Quizvraag

Wat is de hoofdgedachte van een tekst?
A
Alle hoofdzaken op een rij
B
Alle hoofd- en bijzaken op een rij
C
De samenvatting van een tekst
D
Het belangrijkste van een tekst in één zin samengevat

Slide 25 - Quizvraag

Waar staat de hoofdgedachte van een tekst vaak?
A
In het middenstuk
B
In de samenvatting
C
In de inleiding of in het slot
D
Dat kun je nooit weten

Slide 26 - Quizvraag

hoofdgedachte?

Slide 27 - Tekstslide

Wat is de hoofdgedachte van de tekst op de vorige slide?
A
Het boeddhisme leert dat mensen vaak ongelukkig zijn, omdat ze hun leven lang op zoek zijn naar aardse rijkdom, zoals geld en mooie spullen.
B
Door zich in de leer van het boeddhisme te verdiepen en elke dag te mediteren kunnen mensen het volmaakte geluk bereiken.
C
Pas als de mens nergens meer naar verlangt, is hij volmaakt gelukkig.
D
De mens wordt pas gelukkig als hij dit verlangen kan loslaten en op zoek gaat naar geestelijke rijkdom.

Slide 28 - Quizvraag


Wat is de hoofdgedachte?
De hoofdgedachte = ?
A
Man vindt vogelspin in fruit, dit is vrij uniek.
B
Arnhemmer Bart van den Akker houdt van druiven.
C
Albert Heijn vindt de vondst van een vogelspin uitzonderlijk.
D
De vrouw van Bart van den Akker koopt druiven.

Slide 29 - Quizvraag

Huiswerk:

Taak 3: Opdracht 1, 3, 4, 5 en 7
opbouwopdrachten: samenhang husseltaak en intensief lezen
Theorie Lezen 
bekijk het filmpje over hoofdgedachte

Slide 30 - Tekstslide