Zelfstandige les- Farmaco les 7 COPD

1 / 50
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 50 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Beste student. 

Deze lesweek over de behandeling van COPD/astma/hoesten wordt niet klassikaal gegeven. Je moet deze stof zelf bestuderen. 
Hiervoor is deze interactieve lessonup gemaakt. Volg alles in volgorde en kijk ook de genoemde filmpjes voor een volledige en logisch beeld. 
Vul daarna of tegelijk je werkblad in. 
 
In de week na de herfstvakantie wordt een moment gepland door de docent op dinsdag, waar je nog vragen kunt stellen als dat nodig is.  
Hierover volgt nog verdere communicatie. 

Succes met deze opdracht. 

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Beste student. 
Voor elke les van farmacologie is het belangrijk dat je de anatomie, fysiologie en pathologie goed kent. 
Want zonder die basiskennis is het bijna onmogelijk om te begrijpen hoe de behandeling werkt. En om ook te kunnen bedenken wat je nou als verpleegkundige hier voor taak hebt. Zorg dus dat je kennis over de longen (anatomie en fysiologie, over COPD, astma en hoesten op orde is. 

Slide 5 - Tekstslide

wat zijn functies van het ademhalingsstelsel?
A
zuurstof/koolstofdioxide uitwisseling
B
zuurstof/koolstofdioxide uitwisseling en ruiken.
C
zuurstof/koolstofdioxide uitwisseling en spreken.
D
zuurstof opname in het bloed

Slide 6 - Quizvraag

Wat is de kleinste structuur in het ademhalingsstelsel?
A
alveoli (longblaasjes)
B
bronchiën (luchtwegvertakking)
C
bronchiolen (kleinere vertakkingen )
D
trachea (luchtpijp)

Slide 7 - Quizvraag

Als je niet meer goed weet hoe het zit? zoek het dan op bijvoorbeeld in e-Xpert . Zoek  ook op wat asthma ook al weer was. Zonder deze basiskennis kun je niet verder. 

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

behandeling van COPD en astma.
Laten we het eerst eens hebben over de pufjes. 
Er zijn 2 soorten pufjes die we gebruiken bij COPD en astma. De luchtwegverwijdende medicatie en de ontstekkingsremmers (corticosteroiden). We beginnen met de luchtwegverwijdende medicatie. En daarvoor moeten we eerste weer spreken over sympathisch en parasympatisch. 

Slide 12 - Tekstslide


Bekijk de twee filmpjes, voordat we verder gaan. 

waar let je op? 
- Het algehele verhaal. 
- hoe werken pufjes? 
- Wat zijn bijwerkingen? 

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

sympathisch versus parasympathisch
Het is dus een soort lichtknopje. Als je de ene uitzet, gaat de andere aan en andersom. Zijn beiden uit.?? .... dan ben je dood... 
Als je dus actie wilt (sympathisch) om de luchtwegen open te zetten, kun je DIRECT sympathisch aanzetten... maar je kunt ook INDIRECT doen, door  parasympatisch uitzetten, want dan gaat  het 'lichtknopje' de andere kant op en gaat sympathisch alsnog aan. 
De effecten, maar ook de bijwerkingen zijn grotendeels te voorspellen. Kijk maar in het overzicht hierna. 

Slide 15 - Tekstslide

Effecten
Bijwerkingen
Bijwerkingen

Slide 16 - Tekstslide

pufjes met sympathisch versus parasympathisch
je kunt de luchtwegen opzetten door de sympathicus te stimuleren direct. Dat zijn sympathicomimetica.. (....Mimetica betekent stimuleren)

En je kunt ze openzetten door de parasympathicus te remmen, waardoor de sympathicus alsnog aan gaat. Deze middelen noem je parasympathicolytica (... lytica is remmen). 

We bespreken hierna beide groepen. 

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Waarom nou die moeilijke namen op deze toets? 
Nou, deze namen van de sympathicus en parasympathicus gelden hier voor COPD en astma. Maar ze worden gebruikt bij nog veeeeeeel meer ziektebeelden. Dus kom je deze namen regelmatig tegen in het FTK, bijwerkingen, apotheek.nl etc etc. 
En nu weet je dus wat ze betekenen. 

Hierna: waarom goede inhalatie techniek belangrijk is? > wat betekent dat voor je verpleegkundige aandachtspunten? > vul je schema in je werkblad hierop in. 

Slide 21 - Tekstslide

Inhalatietechniek is belangrijk. Is dat niet goed 
> geen goede behandeling, maar vaak wel bijwerkingen

Slide 22 - Tekstslide

Nu over de corticosteroiden. 
Belangrijk onderwerp, er is ALTIJD een vraag over op de toets. 

Kijk nogmaals het filmpje van juf danielle over COPD en astma. 
astma is meer een auto-immuunziekte dan COPD. Daarom wordt bij astma eigenlijk altijd gewerkt met een inhalatie corticosteroid. Bij COPD alleen bij exacerbaties, of in een heel ver stadium als de ziekte zo erg is dat een volledige ondersteuning nodig is. 
Waarom niet eerder? > VEEEEEL bijwerkingen. 

Slide 23 - Tekstslide

Hier maken wij gebruik van het effect op het immuunsysteem. 
MAAR! De rest krijgen we er gratis bij

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

En de laatste medicatie groep: antileukotrienen. 

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Hoe behandelen
OM je een idee te geven van hoe en ik welke stappen e behandeld wordt bij COPD en astma. 
Je hoeft de details hiervan niet te weten, het principe erachter is genoeg. 
De rest is voor de arts. 

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Een patient gebruikt 2 pufjes, Een luchtwegverwijdende puf en een corticosteroiden puf.
Welke geef je eerst?
A
luchtwegverwijdende puf
B
corticosteroiden puf

Slide 34 - Quizvraag

Slide 35 - Tekstslide

Elke inhalatie techniek is anders. Het wordt jouw taak om bij je patienten te observeren of het goed gaat. 
Gaat het niet goed, dan moet je dit met de arts of de verpleegkundig specialist bespreken. 

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

In de powerpoint in Teams, kun je er ook echt op klikken. 

Slide 39 - Tekstslide

Vul nu vraag 1 van je werkblad in . 
(teams bestanden, les 6). 

Probeer daarna de volgende interactieve vragen te maken. 

Slide 40 - Tekstslide

Eén van de belangrijkste oorzaken van COPD is ........
A
Ongezond eten
B
Roken
C
Longontsteking
D
Vogels

Slide 41 - Quizvraag

Symphaticomimeticum
Bijwerkingen bij inhalaties:
Corticosteroïden
Trillingen
droge mond
spierkrampen
schimmelinfectie in de mond
heesheid
Hoesten

Slide 42 - Sleepvraag

Noem 2 voordelen van behandeling van COPD/Astma met inhalatiemedicatie ten opzichte van orale medicatie..........

Slide 43 - Open vraag

Waarom is de bloedsuikerspiegel ontregelt bij suikerpatiënten als zij Corticosteroïden gebruiken?

Slide 44 - Open vraag

Symphaticomimeticum
Bijwerkingen bij inhalaties:
Corticosteroïden
Trillingen
droge mond
spierkrampen
schimmelinfectie in de mond
heesheid
Hoesten

Slide 45 - Sleepvraag

we hebben nu het deel voor COPD/astma afgerond. 

We gaan nu hoestmiddelen bekijken. Dat kun je zelf doen. Er staat een extra pfd bestand in teams met informatie. Gebruik dat om in je werkblad de vragen 2 t/m 5 te beantwoorden. 

Slide 46 - Tekstslide

Slide 47 - Tekstslide

Slide 48 - Tekstslide

Slide 49 - Tekstslide

Beste student. 
Dat was de laatste sheet van deze les. 
Als het goed is, ben je nu helemaal op de hoogte van de behandeling van COPD/Astma en hoesten. 

Heb je toch nog vragen of onduidelijkheden. noteer ze even voor jezelf en stel ze in de volgende les aan de docent. 

Goed gedaan!!. Tot snel.  

Slide 50 - Tekstslide