In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
WISKUNDE - H1 getallen
Slide 1 - Tekstslide
WISKUNDE - H1 getallen
1.3 Kwadraten
Vragen over het huiswerk?
Slide 2 - Tekstslide
Bereken
-6² en 11²
Hoe zat het ook al weer?
A
-36 en 121
B
-12 en 22
C
36 en 121
D
12 en 22
Slide 3 - Quizvraag
Wat zijn de uitkomsten van de volgende berekeningen?
60 : 3 = ..., -5 x -4 = ..., -2 x : 10 = ...
Hoe zat het ook al weer?
A
20, 20, 20
B
20, -20, -20
C
20, 20, -20
D
20, -20, 20
Slide 4 - Quizvraag
Zet het juiste getal op de open plaats.
-24 : ... = 8, ... x -3 = -9, -10 x ... = -30
Hoe zat het ook al weer?
A
3, 3, 3
B
-3, -3, 3
C
-3, 3, 3
D
-3, 3, -3
Slide 5 - Quizvraag
Welke berekening is juist?
Hoe zat het ook al weer?
A
4 x 6 - 3 x 2 = 42
B
4 x (10 : 2 + 3) = 32
C
16 - 8 x 2 = 16
D
10 + 20 : 2 = 15
Slide 6 - Quizvraag
Welk getal is juist afgerond?
Er kunnen meerdere antwoorden goed zijn
Hoe zat het ook al weer?
A
36,98511 ≈ 37,0
B
71,52184 ≈ 71,5
C
51,549 ≈ 51,5
D
3,65101 ≈ 3,6
Slide 7 - Quizvraag
315 is ...
van de getallen 105 en 3
Hoe zat het ook al weer?
A
het verschil
B
de som
C
het product
D
het quotiënt
Slide 8 - Quizvraag
WISKUNDE - H1 getallen
1.4 Wortels
Wortels zijn het omgekeerde van kwadraten
Op de plaats van het ? moet 7 staan want 7 x 7 = 49 (kwadraat)
Dus de wortel van 49 = 7
De wortel van 16 is 4 want 4 x 4 (= 4² ) = 16
De wortel van 25 is ... want ...x... = 25
Slide 9 - Tekstslide
WISKUNDE - H1 getallen
1.4 Wortels
Een aantal wortels hebben mooie uitkomsten.
Zoals de wortel van 9: de wortel van 9 = 3 want 3 x 3 = 9
Waar zou de wortel van 16 komen te staan?
En de wortel van 10?
Slide 10 - Tekstslide
WISKUNDE - H1 getallen
1.4 Wortels
Wortels bereken je vaak met je rekenmachine.
Je hebt daar een speciale knop voor.
De meeste wortels hebben veel cijfers achter de komma staan. Je gaat dit getal dan ook afronden. Denk hierbij aan de afrondingsregels en gebruik het ≈ teken.
De wortel van 13 is afgerond op 2 decimalen 3,61
Je schrijft:
√13≈3,60555≈3,61
Slide 11 - Tekstslide
Plaats de wortels in het juiste vak.
(probeer dit ZONDER rekenmachine)
Tussen
3 en 4
Tussen
5 en 6
Tussen
6 en 7
Tussen
8 en 9
√10
√37
√15
√70
√40
√35
√30
√90
√75
√5
Slide 12 - Sleepvraag
Bereken op je rekenmachine en rond af op 2 decimalen.
√43
Slide 13 - Open vraag
WISKUNDE - H1 getallen
1.4 Wortels
Wanneer er niet staat om een wortel af te ronden mag je ook het wortelgetal met het wortelteken schrijven.
Dus het antwoord op "Bereken de wortel van 13" kan zijn:
Bij afronden schrijf je
√13
√13≈3,61
Slide 14 - Tekstslide
WISKUNDE - H1 getallen
1.4 Wortels
Worteltrekken is het omgekeerde van kwadrateren. Op je rekenmachine heb je daarvoor een speciale knop. Denk aan de afrondingsregels.