herhaling verteringsstelsel

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

herhalingsles verteringsstelsel

In deze les zit uitleg over het verteringsstelsel. Je kan deze lessonup gebruiken bij het leren of wanneer je alles nog even wil over kijken voor de toets.

het verteringsstelsel 

We gaan alle onderdelen nog even bij langs. leer deze afbeelding goed! appendix mag je ook als wormvormig aanhangsel of blinde darm leren

speeksel klieren

In en rond je mond zitten een aantal speekselklieren deze klieren maken speeksel aan.

Hier zie je de lever, galblaas,
maag, twaalfvingerige darm en
alvleesklier. 

In de lever wordt gal
gemaakt dat opgeslagen wordt 
in de galblaas. In de alvleesklier 
wordt alvleessap gemaakt. 

Bij de 
twaalfvingerige darm wordt het gal en alvleessap via de afvoer buis aan de voedselbrij gevoegd.

De maag

In de maag zit maagsap, dit wordt gemaakt door kleine maagsapklieren die in de gehele maagwand aanwezig zijn. Er kan altijd voedsel de maag inkomen via de slokdarm. De maag kan wanneer nodig de maagportier openen om de voedselbrij naar de de darmen te brengen.

Darmen

In de darmen vind de laatste fase van vertering plaats. In de dunne darm worden enorm veel voedingstoffen opgenomen in het bloed. In de darm wand zitten kleine klieren die darmsap aanmaken.

In de dikke darm wordt vocht en zout uit de voedselbrij gehaald het bloed in. Vervolgens worden alle onverteerde resten verzameld in de endeldarm.

De darmperistaltiek

Dit is een spier beweging die in alle darmen te zien is. Het doel van deze beweging is om voedsel door de darmen te verplaatsen. Met behulp van deze beweging kan je een stukje brood op de kop doorslikken. (voorbeeld)

Darmperistaltiek

het "duwen" van voedsel door de darm.

Een beweging die plaatsvindt door lengte spieren en kringspieren in de darmwand.

Schijf van 5

De 5 vakken

1 Veel groente en fruit (groen)

2 Zachte en vloeibare vetten (geel)

3 Meer plantaardig, minder vlees (roze)

4 Vooral volkoren (oranje)

5 Dorstlessers zonder suiker (blauw)

Niet te  veel en niet te vaak een tussendoortje

Energie in je voeding

kilojoule en kilocalorie

kJ en kcal

1 kcal = 4,2 kj

slapen: 5 kJ                  lopen: 18 kJ               rennen: 30 kJ              traplopen: 46 kJ        wedstrijdroeien: 54 kJ

per minuut

Eten en bewegen

Alles wat je eet bevat energie, door verbranding in je lichaam wordt die energie omgezet naar energie om bijvoorbeeld te bewegen. 

Afhankelijk van wie je bent en wat je doet heb je een bepaalde hoeveelheid energie nodig.

Gewicht

Overgewicht: in verhouding met je lengte ben je te zwaar

Ondergewicht: in verhouding met je lengte ben je te licht 

BMI

Om dit gemakkelijk uit te rekenen reken je eerst alles onder de streep uit. 

Dus je lengte in meter keer je lengte in meters.

Daarna deel je je gewicht in kilogram door wat je hiervoor uitgerekend hebt.

Meneer Terpstra is 1,90 meter en 85 kilogram

1,9x1,9=3.61 meter

85 kilogram : 3.61 meter= 23,54 m/kg