Schritt 2 Popstars und Sporthelden

Herzlich Wilkommen
Klasse 1C
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Herzlich Wilkommen
Klasse 1C

Slide 1 - Tekstslide

Zurückblick
vorige les: hebben we geluisterd naar fragmenten. Wie vond dit heel lastig? 
Stel jezelf kort voor in het Duits

Slide 2 - Tekstslide

Was werden wir Heute machen?
Huiswerk opschrijven
lesdoelen bespreken
Huiswerk nakijken
Grammatica: Hoofdletters uitleg
maken opdrachten Schritt 2: 2,3 en 7
Afsluiten

Slide 3 - Tekstslide

Huiswerk voor de volgende les
Schrijf in je 1BLIK agenda:
Voor maandag 13 September
Maken opdrachten Schritt 2: opdrachten 4,5,6 en 9
Leren voor S.O. Schritt 2: opdracht 3. NL-D/D-NL

Slide 4 - Tekstslide

Am Ende der Stunde
Weet je wanneer je een hoofdletter moet gebruiken
weet je wat een zelfstandig naamwoord is 

Slide 5 - Tekstslide

Huiswerk bespreken
Opdrachten 3 en 4 op blz. 14 en 15

Slide 6 - Tekstslide

Hoofdletters in het Duits
Alle zelfstandige naamwoorden worden met een hoofdletter geschreven. 
Zelfstandige naamwoorden zijn alle dingen/dieren/mensen

Slide 7 - Tekstslide

Wat is een zelfstandig naamwoord?

Alles wat je uit het raam kunt gooien. bijvoorbeeld:
Buch, Stuhl, Jesse, Tisch, Essen, Orangensaft

Slide 8 - Tekstslide

Wanneer moet je een woord met een hoofdletter schrijven?
- Aan het begin van elke zin
- Wanneer het een zelfstandig naamwoord is, dus alle dingen/dieren en mensen. 
- Wanneer het een eigen naam is, dus bijvoorbeeld een stad of een persoon: Levi/Frankfurt/Diego/Amsterdam

Slide 9 - Tekstslide

Aan de slag
Wat? Schritt 2: opdracht 2 en 3
Hoe? Op bladzijde 21 en 22
Hulp? fluisterend met de buurman/buurvrouw
Tijd? 15 minuten
Uitkomst? Leren wanneer een hoofdletter te gebruiken
Klaar? Maak opdracht 4,5, 6 en 9

Slide 10 - Tekstslide

Bespreken

Slide 11 - Tekstslide

Afsluiten
Wanneer schrijf je in het Duits een woord met een hoofdletter?
Wat is een zelfstandig naamwoord?

Slide 12 - Tekstslide