Persoonlijke e-mail les 1 ( vervolg op 1.5. schrijftaak )

Persoonlijke e-mail schrijven
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Persoonlijke e-mail schrijven

Slide 1 - Tekstslide

Terugblik
  • Ik kan een titel bij het onderwerp van een tekst bedenken.
  • Ik kan informatie verzamelen voor het schrijven van een tekst. Hiervoor gebruik ik de 5W + 1H vragen.
  • Ik kan een tekst schrijven met de informatie die ik heb verzameld.

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet ik al over een
persoonlijke e-mail?

Slide 3 - Woordweb

Lesdoel
  • Ik weet wat het tekstdoel en leespubliek is bij een persoonlijke e-mail.
  • Ik weet wat de juiste indeling is van een persoonlijke e-mail.
  • Ik weet  dat informeel taalgebruik hoort bij een persoonlijke e-mail.

Slide 4 - Tekstslide

Leespubliek:
Aan wie schrijf je een persoonlijke e-mail?

Je schrijft aan iemand die je persoonlijk kent.

Bijvoorbeeld:
vader, moeder, opa, oma, tante, oom, nicht, neef, vriend of vriendin.

Slide 5 - Tekstslide

Tekstdoel
Waarom schrijf je de persoonlijke e-mail?

Bijvoorbeeld:
  • omdat je wilt vertellen hoe het met je gaat.
  • omdat je iemand wilt uitnodigen.
  • omdat je iets leuks hebt meegemaakt.
enz. 

Slide 6 - Tekstslide

Taalgebruik

Een persoonlijke e-mail schrijf je dus aan iemand die je persoonlijk kent?
Die persoon spreek je daarom ook op een persoonlijk e manier aan. Met je en jij. En niet met u.  

Dit noem je informeel taalgebruik. Dus: je en jij!

Slide 7 - Tekstslide

Indeling 

Bekijk de e-mail van Jeroen. Je krijgt deze e-mail van je docent.

Samen met je docent ga je bekijken hoe een persoonlijke e-mail eruit moet zien.
Aan:   e-mail adres van de geadresseerde ( degene die de e-                     mail moet ontvangen.)

Onderwerp: In ongeveer 2 tot 3 woorden  omschrijven waar de                            e-mail over gaat.

Aanhef:    Dag Jeroen,

Inleiding:  Je vraagt hoe het gaat en vertelt waarom je schrijft.                          ( Bijv: Ik heb een hele leuke vakantie gehad en daar                            wil ik je over vertellen)

Kern:   Je vertelt over je vakantie en wat je daar hebt                                      meegemaakt.

Slot:   Je vraagt of hij/ zij je een e-mail terug stuurt.

Slotformule:  Groetjes, Liefs,

Je naam: Sharina

Slide 8 - Tekstslide

Aan de slag!
Huiswerk:
Maak de opdracht bij een persoonlijke e-mail.
Plak de verschillende onderdelen van de e- mail in de juiste volgorde op het gekleurde blad!
timer
1:00

Slide 9 - Tekstslide

Wat wordt er bedoeld met het tekstdoel?
A
Voor wie de tekst bedoeld is.
B
Dat ik u en jij gebruik in mijn tekst.
C
Waarom ik de tekst schrijf.

Slide 10 - Quizvraag

In de kern........
A
Vraag ik hoe het het gaat.
B
Vraag ik of hij/ zij mij terug schrijft.
C
Vertel ik bijvoorbeeld over mijn vakantie.

Slide 11 - Quizvraag

Een passende slotformule voor mijn persoonlijke e-mail is.....?
Tip: Er zijn meerdere antwoorden goed!
A
Hoogachtend,
B
Groetjes,
C
Liefs,
D
Met vriendelijke groet,

Slide 12 - Quizvraag