3.1 Vragen en behoeften

Kerntaak 2 theorie

Wat neem je elke les mee?

• laptop (en lader)
• Boek: Organiseren van een evenement
• pen (en papier?)

3.1 

Roulatiesysteem

• Er wordt op vaste momenten doorgedraaid.
• Vaak evenveel activiteiten als deelnemers/teams.
  (Bij meer activiteiten is er óf iets leeg, óf heb je iets niet gedaan)
• Spelactiviteiten zijn genummerd.
• Speeltijd en duur van de onderdelen staat vast. 

Uitdaagsysteem

• Je daagt een hoger geplaatste  speler of team uit.
• Deelnemers worden nooit uitgeschakeld.
• Tot het laatst spannend wie wint.
• Regelmatig dezelfde spelers tegen elkaar.

Afvalsysteem

• Af; of naar huis of verliezersronde in.
• Vaak bij grote toernooien/ aantallen.
• Kloppende aantallen:
  2,4,8,16,32,64,128,256 enz.
• Bye / voorronde bij "niet kloppende aantallen". 

Poulesysteem

• Deelnemers zijn met 3 of meer groepen ingedeeld.
• Iedereen speelt in elk geval 1x tegen elkaar. 
• Winnaars van de poules spelen vaak tegen elkaar of kruisfinales.
• Hele en halve competitie (je speelt 2x tegen elkaar uit en thuis/ je speelt 1x tegen elkaar) 

Uitleg LWP2 

denk aan periode 2

Hoe ga je te werk?

Stap 1: Overleg op je stage over je opdracht.

Stap 2: Inventariseer de wensen en behoeften vanuit je stageplek.

Stap 3: Werk je wensen en behoeften uit en trek een conclusie. (Wat wil de opdrachtgever graag en wat ga ik dus doen?)

Stap 4: Uitwerken van je format

Wat zijn wensen en behoeften?

Wensen zijn dingen die mensen graag zouden willen hebben of ervaren.
Denk bij het organiseren van een evenement voor kinderen bijvoorbeeld aan een springkussen, kleurige materialen, een ontmoeting met een sportheld, muziek, kleine prijzen enz.  Het is niet nodig, maar maakt het wel leuker,
Behoeften zijn noodzakelijke dingen.

Denk bijvoorbeeld aan EHBO'ers, voldoende water, toegang tot de kleedkamers, voldoende materialen, schema's voor deelnemers, lijsten met contactgegevens voor noodgevallen enz.

Hoe kom ik de wensen en behoeften te weten?