19.4 Energieproductie met zuurstof - deel 1 6V 2324

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
19.4 Energieproductie met zuurstof
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 24 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
19.4 Energieproductie met zuurstof

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel 19.4 Je kunt
  • de aerobe afbraak van glucose uitleggen en de rol die NAD⁺ en FAD daarin hebben (leerdoel 12)
  • de oxidatieve fosforylering uitleggen en de rol die O₂ daarin heeft (leerdoel 13)
  • uitleggen uit hoe cellen uit glucose energie kunnen halen (leerdoel 14)





Slide 2 - Tekstslide

Stappen vrijmaken energie
1. ATP
2. CP
3. anaerobe
dissimilatie
4. aerobe 
dissimilatie 

Slide 3 - Tekstslide

Aerobe dissimilatie
Vindt plaats in de mitochondria. Hier bevinden zich de noodzakelijke enzymen.
buitenmembraan
binnenmembraan
lumen
matrix

Slide 4 - Tekstslide

Aerobe dissimilatie
Begint bij pyrodruivenzuur (product van de glycolyse). Dan 3 stappen:
1. decarboxylering
2. citroenzuurcyclus
3. oxidatieve fosforylering (plus elektronentransportketen)

Slide 5 - Tekstslide

<- glycolyse

<- 1. decarboxylering


<- 2. citroenzuurcyclus


<- 3. oxidatieve fosforylering

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

<- glycolyse

<- 1. decarborylering


<- 2. citroenzuurcyclus


<- 3. oxidatieve fosforylering

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

FAD
FAD is een alternatief voor NAD+ met dezelfde functie: het binden van twee H-atomen
(2 H+ en 2 electronen).

FAD + 2H+ + 2e- -> FADH2

Slide 10 - Tekstslide

<- glycolyse

<- 1. decarborylering


<- 2. citroenzuurcyclus


<- 3. oxidatieve fosforylering

Slide 11 - Tekstslide

1
2
lumen

Slide 12 - Tekstslide

oxidatieve fosforylering
lumen
matrix

Slide 13 - Tekstslide

oxidatieve fosforylering
lumen
lumen

Slide 14 - Tekstslide

oxidatieve fosforylering
NADH,H+ en FADH2 (ontstaan bij de citroenzuurcyclus) worden in de elektronentransportketen weer omgezet in NAD+ en FAD, de elektronen en protonen worden gebonden aan O2, hierbij ontstaat water (H2O).

Slide 15 - Tekstslide

oxidatieve fosforylering
Tijdens de overdracht van de elektronen van NADH,H+ en FADH2 op zuurstof wordt energie overgedragen aan diverse transporteiwitten in het binnenmembraan van het mitochondrium. Met deze energie worden H+ ionen in het lumen gepompt.

Slide 16 - Tekstslide

oxidatieve fosforylering
Via een ander transporteiwit (ATP-synthetase) stromen de H+-ionen weer naar de matrix. Hierdoor is het eiwit in staat om ADP en P om te zetten naar ATP.

Slide 17 - Tekstslide

oxidatieve fosforylering





De elektronen van een NADH,H+ pompen 3 H+ naar het lumen.
De elektronen van een FADH2 pompen 2 H+ naar het lumen.

Slide 18 - Tekstslide

oxidatieve fosforylering





Elke H+ levert 1 ATP als deze weer terug naar de matrix gaat.
Dus: elke NADH,H+ levert 3 ATP, elke FADH2 levert 2 ATP.

Slide 19 - Tekstslide

Hoeveel ATP uit 1 molecuul glucose?
Hoeveel NADH,H+, FADH2 en ATP worden gevormd?
Glycolyse:                     
Decarboxylering:       
Citroenzuurcyclus:   
Ox. fosforylering:      

Gebruik BINAS 68A



Slide 20 - Tekstslide

Vervoerskosten
Het vervoer van NADH,H+ (gevormd tijdens de glycolyse) van het cytoplasma naar de matrix van een mitochondrium kost 1 ATP.

Slide 21 - Tekstslide

Hoeveel ATP in 1 molecuul glucose?
Glycolyse:                     2NADH,H+                                            2ATP
Decarboxylering       2NADH,H+
Citroenzuurcyclus   6NADH,H+              2FAD2                 2ATP
Ox. fosforylering       10*3=30 ATP         2*2=4ATP
TOTAAL                           30                             4                            4 
=> 38ATP - vervoerskosten (2ATP) = 36 ATP


Slide 22 - Tekstslide

Lesdoel 19.4 Je kunt
  • de aerobe afbraak van glucose uitleggen en de rol die NAD⁺ en FAD daarin hebben (leerdoel 12)
  • de oxidatieve fosforylering uitleggen en de rol die O₂ daarin heeft (leerdoel 13)
  • uitleggen uit hoe cellen uit glucose energie kunnen halen (leerdoel 14)





Slide 23 - Tekstslide

Opdrachten
19.4: Leerdoelen 12, 13, 14

Slide 24 - Tekstslide