4.3.2 Vruchtbaar worden
1 / 28
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
aanmaken van zaadcellen
gevoelig voor prikkels
kunnen zich vullen met bloed
tijdelijk opslaan van zaadcellen
vervoeren zaadcellen
voegen vocht toe aan de zaadcellen (twee organen)
Elk orgaan van het mannelijk voortplantingsstelsel heeft zijn eigen taak.
Kies bij elke taak het juiste orgaan.
prostaat
bijbal
eikel
zaadblaasje
teelbal
zwellichaam
zaadleider
Slide 3 - Sleepvraag
Baarmoeder
Eileider
Eierstok
Urineblaas
Urinebuis
Vagina
Slide 4 - Sleepvraag
Hoe heet het vrijkomen van een eicel uit de eierstok?
Slide 5 - Open vraag
Deze vervoeren eicellen.
A
vagina
B
zaadleiders
C
eierstokken
D
eileiders
Slide 6 - Quizvraag
Hierin kan een bevruchte eicel zich ontwikkelen tot een kind.
A
vagina
B
baarmoeder
C
eierstokken
D
eileiders
Slide 7 - Quizvraag
Hierin vindt de ontwikkeling van eicellen plaats.
A
vagina
B
baarmoeder
C
eierstokken
D
eileiders
Slide 8 - Quizvraag
Hoe vaak vindt bij een vruchtbare vrouw de ovulatie plaats?
A
elke 12 tot 24 uur
B
ongeveer één keer per twee weken
C
ongeveer één keer per vier weken
Slide 9 - Quizvraag
Wanneer vindt bij een vruchtbare vrouw de ovulatie plaats?
A
ongeveer 14 dagen ná de start van de menstruatie
B
ongeveer 14 dagen vóór de start van de menstruatie
C
tijdens de menstruatie
Slide 10 - Quizvraag
Een eicel die niet bevrucht is, sterft af.
Wat gebeurt er met de resten van de eicel?
Wat gebeurt er met de resten van de eicel?
A
De resten verlaten samen met slijmvlies en bloed het lichaam tijdens de menstruatie.
B
De resten worden in de baarmoeder opgenomen in het bloed.
C
De resten worden in de eileider opgenomen in het bloed.
Slide 11 - Quizvraag
Hoeveel dagen duurt een menstruatiecyclus ongeveer?
A
10
B
14
C
28
D
35
Slide 12 - Quizvraag
Wat gebeurt er op dag 14 in de menstruatie cyclus?
A
Ongesteld zijn
B
Ovulatie
C
Innesteling
D
Menstruatie
Slide 13 - Quizvraag
Slide 14 - Tekstslide
Wanneer is een vrouw vruchtbaar?
A
Tijdens de menstruatie
B
Tijdens de ovulatie
C
Vlak na de menstruatie
D
Vlak voor de menstruatie
Slide 15 - Quizvraag
Hoe heet het afstoten van een deel van het baarmoederslijmvlies?
A
bevruchting
B
innesteling
C
menstruatie
D
ovulatie
Slide 16 - Quizvraag
menstruatiecyclus:
wat gebeurt er tijdens dag
1 t/m 5
wat gebeurt er tijdens dag
1 t/m 5
A
ovulatie
B
innesteling
C
menstruatie
D
bevalling
Slide 17 - Quizvraag
Welk(e) van deze delen verlaat (verlaten) het lichaam van een vrouw tijdens een menstruatie?
A
de bovenste laag van het baarmoederslijmvlies
B
een eicel die niet is bevrucht
C
Het gele lichaam
D
alleen maar bloed
Slide 18 - Quizvraag
Menstruatiecup
Inlegkruisje
Maandverband
Tampon
Slide 19 - Sleepvraag
Tijdens de menstruatiecyclus verandert de slijmlaag aan de binnenkant van de baarmoeder.
Hier zie je drie keer de doorsnede van een baarmoeder afgebeeld.
Bij welk moment van de menstruatiecyclus hoort de doorsnede?
Tijdens de menstruatie
Kort na de menstruatie
Tijdens de ovulatie
Slide 20 - Sleepvraag
Rijpen nieuwe eicel
Eisprong
Eicel sterft
Rijpen nieuwe eicel
Menstruatie
Baarmoederslijmvlies wordt dikker
Menstruatie
Slide 21 - Sleepvraag
Feit
Fictie
Meisjes worden geboren met al hun eicellen
Alle gezonde vrouwen hebben een menstruatiecyclus
Menstruatiebloed bevat een eicel
Duur van menstruatiecyclus wisselt per persoon
Gemiddelde leeftijd voor 1e menstruatie is 11 jaar.
Slide 22 - Sleepvraag
Slide 23 - Tekstslide
Eicellen zijn de vrouwelijke geslachtscellen.
Eicellen zijn...
Eicellen zijn...
A
vanaf de geboorte aanwezig
B
vanaf de puberteit
Slide 24 - Quizvraag
Hoeveel eicellen produceert een vrouw?
A
1 per dag
B
1 per 4 weken
C
honderden per dag
D
> 100 miljoen per dag
Slide 25 - Quizvraag
Hoeveel zaadcellen produceert een man?
A
1 per dag
B
1 per 4 weken
C
honderden per dag
D
>100 miljoen per dag
Slide 26 - Quizvraag
Een menstruatie duurt ongeveer
A
3 dagen
B
5 dagen
C
7 dagen
D
13 dagen
Slide 27 - Quizvraag
Een menstruatiecylcus duurt ongeveer
A
5 dagen
B
7 dagen
C
28 dagen
D
365 dagen
