De Kracht van Stroming

De Kracht van Stroming
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

De Kracht van Stroming

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Aan het eind van de les kun jij de stroomsterkte berekenen en begrijp je de relatie tussen stroomsterkte, spanning en weerstand.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over stroomsterkte?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Introductie
Stroomsterkte is een belangrijk concept in de natuurkunde. Het wordt gemeten in Ampère (A) en vertelt ons hoeveel lading er per seconde door een geleider stroomt.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is Stroomsterkte?
Stroomsterkte (I) wordt berekend door de formule I = Q/t, waarbij Q de lading is en t de tijd. Stroomsterkte is gelijk aan de hoeveelheid lading die per seconde door een geleider stroomt.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stroomsterkte en Spanning
De stroomsterkte is recht evenredig met de spanning (U) over een geleider. Hoe hoger de spanning, hoe groter de stroomsterkte.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stroomsterkte en Weerstand
De stroomsterkte is omgekeerd evenredig met de weerstand (R) van een geleider. Hoe hoger de weerstand, hoe kleiner de stroomsterkte.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Wet van Ohm
De Wet van Ohm stelt dat de stroomsterkte (I) gelijk is aan de spanning (U) gedeeld door de weerstand (R): I = U/R.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Interactieve Opdracht
Los de volgende opdracht op: Een stroomsterkte van 2 A vloeit door een weerstand van 5 ohm. Bereken de spanning over de weerstand.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Samenvatting
Stroomsterkte (I) is de hoeveelheid lading per seconde die door een geleider stroomt. Het is recht evenredig met de spanning (U) en omgekeerd evenredig met de weerstand (R). De Wet van Ohm relateert deze grootheden: I = U/R.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.