6.3 Vectoren x

1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
Nask / TechniekMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planning
1. Interactieve herhaling
2. Instructie over vectoren
3. Vragen
4. Aan de slag met het werkblad

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vul de woorden op de juiste plek in:
'Snelheid is ___1___ gedeeld door ____2____'
A
1=afstand 2=tijd
B
1=tijd 2=afstand
C
Geen van deze is juist.
D
1=temperatuur 2=golflengte

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

A B C
A
Driehoek A
B
Driehoek B
C
Driehoek C
D
Geen van de mogelijkheden.

Slide 4 - Quizvraag

Mss eerst in woorden uitwerken, erna in symbolen
DRIEHOEK VOOR WOORDEN

Duidelijk de grootheden en eenheden onderscheiden
Henk gaat op vakantie en rijdt 2000 km. Hij doet er de hele dag (24h) over.
Wat is zijn gemiddelde snelheid?
A
41,6 km/h
B
95,4 km/h
C
83,3 km/h
D
120,9 km/h

Slide 5 - Quizvraag

"Gebruik je binas en pas de formule toe"
Moet Henk precies deze snelheid aanhouden om op tijd aan te komen (24 uur)?
Ja
Nee

Slide 6 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Aristotle

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Wat is in deze afbeelding de vector?
A
Vliegtuig
B
krachtenpijl
C
1cm = 40.000 N
D
Aangrijpingspunt

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten krachten
We kennen meerdere krachten die allemaal de eenheid Newton (N) hebben. Daarom gebruiken we een kleine letter om de verschillende krachten aan te geven

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten krachten
We kennen meerdere krachten die allemaal de eenheid Newton (N) hebben. Daarom gebruiken we een kleine letter om de verschillende krachten aan te geven

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

zwaartekracht.


zwaartekracht is de kracht waarmee aarde voorwerpen aantrekt.

door de zwaartekracht val je altijd naar beneden.


Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zwaartekracht
Het zwaartepunt = het aangrijpingspunt van de zwaartekracht

De zwaartekracht werkt vanuit het zwaartepunt.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe bereken je de zwaartekracht?
Fz = zwaartekracht in Newton
m = massa in kg
g = 10 N/kg

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kun je nu de zwaartekracht uitrekenen?
Jahoor geen probleem
Nee dat kan ik niet

Slide 24 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe duidelijk is het tot nu toe ?
😒🙁😐🙂😃

Slide 32 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk 68:
Noem de 3 eigenschappen van een vector

Slide 33 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk 69:
Noem 2 dingen die kunnen gebeuren als er een kracht op een voorwerp werkt

Slide 34 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk 82:
Noem 2 dingen waar de zwaartekracht vanaf hangt. Gebruik de formule

Slide 35 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk 84:
Bereken de zwaartekracht op een voorwerp van 400 kg

Slide 36 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk 88
Een astronaut met pak heeft een massa van 110 kg. Bereken de zwaartekracht op de astronaut op aarde

Slide 37 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk 89:
Bereken de zwaartekracht op de astronaut op de maan

Slide 38 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk 91:
Bekijk de tabel met valversnellingen. Welke planeet heeft de grootste valversnelling?
A
Mars
B
Saturnus
C
Maan
D
Jupiter

Slide 39 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk 95 - 100:
Maak een foto van je schrift

Slide 40 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies