Begeleiden, les 30, leerjaar 2

Ondersteunt en stimuleert eigen herstel van de cliënt P-K1-W2
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
BegeleidenMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Ondersteunt en stimuleert eigen herstel van de cliënt P-K1-W2

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
- AWR
- terugblik en vooruitblik
- Leerdoelen
- theorie 
- Leerdoelen behaald?
- Volgende week
- Opdracht Thieme Meulenhoff
- Hoe vond je de les?




Slide 2 - Tekstslide

Terugblik & Vooruitblik
Vorige les hebben we het over over ondersteunen van cliënten met LVB, MVB en EMB.

Vandaag gaan we het hebben over specifieke problemen bij cliënten met LVB, MVB en EMB.

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen
- Aan het eind van de les kan je vertellen welke specifieke syndromen bij EMB horen.
- Aan het eind van de les kan je vertellen hoe je mensen met EMB het beste kunt begeleiden.

Slide 4 - Tekstslide

Mensen met een (zeer) ernstige verstandelijke beperking
Ondersteuning:
  • Communicatie
  • Individueel contact
  • Verzorging

Slide 5 - Tekstslide

Communicatie
  • Niet alleen verbaal, maar ook vooral non-verbaal
  • Letten op gezichtsuitdrukkingen, gebaren of een blik in de ogen van de cliënt
  • Letten op spierspanning 

Slide 6 - Tekstslide

Individueel contact
  • nadruk leggen op het geven van individuele zorg
  • via lichaamsverzorging en lichaamscontact een gevoel van basisveiligheid opbouwen
  • zo min mogelijk begeleiders
  • de cliënt goed leren kennen 

Slide 7 - Tekstslide

Verzorging
Mensen met een zeer ernstige verstandelijke beperking zijn aangewezen op volledige verzorging en begeleiding door anderen. Zij wonen thuis bij de ouders of in een woon/zorgvoorziening. Vrijwel altijd is 24-uursbegeleiding nodig.

Slide 8 - Tekstslide

Specifieke syndromen
Drie syndromen die een (zeer) ernstige verstandelijke beperking tot gevolg hebben en die geregeld voorkomen, zijn het Rettsyndroom, het syndroom van Angelman en het syndroom van Prader-Willi.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Slide 11 - Video

Slide 12 - Video

Veiligheid bieden
Het gevoel van veiligheid kun je verhogen door continuïteit en stabiliteit te bieden. Continuïteit wil zeggen dat iets voortduurt. Stabiliteit wil zeggen: vast, zonder verandering. Het gaat er dus om dat de dingen niet te vaak en te veel worden veranderd, dat je structuur biedt. Structuur biedt de persoon met een (zeer) ernstige verstandelijke beperking duidelijkheid en voorspelbaarheid. De voorspelbaarheid van het dagelijks leven wordt vergroot. Hij krijgt daarmee meer grip op zijn leven, wat hem een gevoel van veiligheid geeft. Het gaat er altijd om de structuur te bieden die een cliënt nodig heeft.

Slide 13 - Tekstslide

Structuur
  • Structuur in dagindeling
  • Structuur in de leefruimte
  •  Structuur in de omgang en begeleiding

Slide 14 - Tekstslide

Regie over het eigen leven
Bij mensen met een (zeer) ernstige verstandelijke beperking is de zelfzorg een probleem. Ze begrijpen niet wat de bedoeling is en hoe ze iets moeten doen. Bovendien kunnen lichamelijke beperkingen in de weg staan. Toch is het belangrijk ernaar te streven dat de cliënt zo veel mogelijk de regie over het eigen leven voert. Zoveel als mogelijk streef je naar een zo groot mogelijke onafhankelijkheid. Bij deze groep cliënten houdt dit in dat je hen keuzes biedt. 

Slide 15 - Tekstslide

Lichamelijke verzorging
De zorg en begeleiding van mensen met een (zeer) ernstige verstandelijke beperking is meestal gericht op een gehele of gedeeltelijke overname van zelfzorgactiviteiten. Zelf kunnen ze hier niet of nauwelijks zorg voor dragen. Dit betekent dus dat je relatief veel tijd steekt in hun persoonlijke verzorging.


Slide 16 - Tekstslide

Het is belangrijk deze momenten te gebruiken om contact met hen te leggen. Het wassen, verschonen, eten geven, aankleden, uitkleden: het zijn allemaal heel geschikte momenten om contact te leggen. Belangrijk is dus de tijd te nemen voor de verzorging. Haast is uit den boze: cliënten reageren hierop. Als je bijvoorbeeld niet in alle rust eten en drinken aanbiedt, zullen ze weigeren te eten, zich verslikken of probleemgedrag gaan vertonen. De rust is ook nodig om een jachtige, gespannen sfeer te voorkomen, want dit heeft een nadelige invloed op de cliënt. Gehaast eten heeft bovendien een slechte invloed op de ontlasting.

Slide 17 - Tekstslide

Bij mensen met een (zeer) ernstige verstandelijke beperking vraagt de verzorging bijzondere aandacht. Er is een verhoogd risico op allerlei gezondheidsproblemen. Oorzaken kunnen divers zijn. Een aantal regelmatig voorkomende problemen en oorzaken komen hierna aan bod, met aanwijzingen voor de lichaamsverzorging.





Slide 18 - Tekstslide

Rumineren
Moedwillig ophalen van (gedeeltelijk) onverteerd voedsel uit de maag door het omkeren van de peristaltiek van de slokdarm, om dit vervolgens te herkauwen of uit te spugen.
Verschillende oorzaken kunnen een rol spelen. Misschien is er te veel of te weinig structuur in het dagprogramma. Het kan ook zijn dat de cliënt behoefte aan aandacht heeft, of het is een manier om activiteiten te vermijden. Ook voor rumineren geldt dus: alle gedrag is communicatie. Gedrag is een signaal. 

Slide 19 - Tekstslide

Problemen met de uitscheiding
  • Obstipatie
  • Incontinentie

Slide 20 - Tekstslide

Huidproblemen
Bij nogal wat mensen met een zeer ernstige verstandelijke beperking is de huiddoorbloeding niet optimaal. Als zij bedlegerig zijn, is er – zeker als er ook sprake is van incontinentie – voortdurend een verhoogd risico op doorliggen, smetten en decubitus. Het is belangrijk hen regelmatig te verschonen en hun huid goed te verzorgen. 

Slide 21 - Tekstslide

Gebitsproblemen en gebitsverzorging
Vaak lukt het mensen met een (zeer) ernstige verstandelijke beperking niet goed om te kauwen. Voedselresten blijven zo gemakkelijker achter in de mond. Medicijnen kunnen ook een negatieve werking hebben op het gebit. Soms omdat drankjes suiker bevatten, in andere gevallen omdat de speekselproductie geremd wordt door medicijnen (onder andere bij anti-epileptica). De reinigende werking van speeksel gaat dan verloren. Ook als cliënten hun mond openhouden, droogt de mond uit.

Slide 22 - Tekstslide

Bij mensen met een (zeer) ernstige verstandelijke beperking is het belangrijk extra aandacht te besteden aan de gebitsverzorging. Het is nodig de tanden vaker dan gewoonlijk extra goed te poetsen met een milde tandpasta. Vaak zul jij hun tanden moet poetsen. Dit kan lastig zijn. Als je de tanden bij een cliënt poetst, denk dan allereerst aan de richtlijnen die voor alle cliënten opgaan.

Slide 23 - Tekstslide

Nagelverzorging
De nagelverzorging van handen en voeten kan bij mensen met een (zeer) ernstige verstandelijke beperking extra aandacht vragen. In verband met de hygiëne en mogelijke zelfbeschadiging is het goed de nagels kort te houden. Als sprake is van smeergedrag, is het belangrijk de nagels kort te houden en goed schoon te maken.

Slide 24 - Tekstslide

Leerdoelen behaald?
Aan het eind van de les kan je vertellen welke specifieke syndromen bij EMB horen.
- Aan het eind van de les kan je vertellen hoe je mensen met EMB het beste kunt begeleiden.

Slide 25 - Tekstslide

Volgende week
Volgende week hebben we een zelfstandig werkles waar jullie opdrachten gaan maken van Thieme Meulenhoff die gaan over de maatschappelijke opvang en voorzieningen

Slide 26 - Tekstslide

Opdrachten:

- Thieme Meulenhoff: boek: Persoonlijk begeleider GHZ MZ,  thema 3.9 opdrachten 1 t/m 7b, thema 3.11 opdrachten 1 t/m 7b, thema 3.12 opdrachten1 t/m 7

Slide 27 - Tekstslide

Wat vonden jullie van deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 28 - Poll