Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Herhaling alle leerdoelen - lezen en woordenschat
Herhaling alle leerdoelen - lezen en woordenschat
1 / 13
volgende
Slide 1:
Tekstslide
In deze les zitten
13 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Herhaling alle leerdoelen - lezen en woordenschat
Slide 1 - Tekstslide
Wat is het onderwerp van een tekst? Het onderwerp van een tekst...
A
... vertelt in één of een paar woorden waar de tekst over gaat.
B
... vertelt wat het belangrijkste van de tekst is.
C
... vertelt wat iemand ergens van vindt.
D
... vertelt wat waar of niet waar is.
Slide 2 - Quizvraag
Wat is het onderwerp van de tekst?
Wat is het onderwerp van de tekst?
A
gevonden pootafdrukken van dino's
B
het Schotse eiland Skye
C
wetenschappers in Schotland
Slide 3 - Quizvraag
Wat is de hoofdgedachte van deze tekst?
Wat is een hoofdgedachte?
A
gedachte uit je hoofd
B
samenvatting van een tekst in 1 zin
C
samenvatting van een tekst
D
1 zin in de tekst
Slide 4 - Quizvraag
Lees de inleiding nauwkeurig.
Wat is de functie van de inleiding?
A
enkel aandacht trekken
B
het onderwerp noemen
C
centrale vraag stellen
D
samenvatting geven
Slide 5 - Quizvraag
Hoofd - en bijzaken
hoofdzaken
bijzaken
- belangrijk
- inleiding en slot
- kernzin (1e zin alinea)
- belangrijk voor maken samenvatting
- minder belangrijk
- voorbeelden, getallen
Slide 6 - Tekstslide
Welke uitspraak over hoofd- en bijzaken in een tekst is juist?
A
Bijzaak is belangrijk, hoofdzaak niet
B
Hoofdzaak is belangrijk, bijzaak niet
C
Hoofdzaak en bijzaak zijn even belangrijk
Slide 7 - Quizvraag
Wat is figuurlijk taalgebruik?
A
gwn kip met rijst
B
een spreekwoord
C
een uitdrukking en een spreekwoord
D
een uitdrukking
Slide 8 - Quizvraag
Wat is figuurlijk taalgebruik?
A
Er wordt precies bedoeld wat er staat.
B
Er wordt iets anders bedoeld dan er eigenlijk staat.
Slide 9 - Quizvraag
Wat zijn tussenkopjes?
A
dikgedrukte woorden
B
De titel
C
Kopjes boven een alinea
Slide 10 - Quizvraag
Wat is een voorbeeld van figuurlijk taalgebruik?
A
Mijn kapper zit met haar handen in mijn haar.
B
De wedstrijd was onwijs spannend.
C
Onder de boom lag een dode vogel.
D
Ik zit met mijn handen in het haar.
Slide 11 - Quizvraag
Wat is de hoofdgedachte?
De hoofdgedachte = ?
A
Man vindt vogelspin in fruit, dit is vrij uniek.
B
Arnhemmer Bart van den Akker houdt van druiven.
C
Albert Heijn vindt de vondst van een vogelspin uitzonderlijk.
D
De vrouw van Bart van den Akker koopt druiven.
Slide 12 - Quizvraag
Is dit letterlijk of figuurlijk taalgebruik?
A
Letterlijk
B
Figuurlijk
Slide 13 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
Herhaling Lezen H1-H3 Woordenschat H1-H3 (HAVO 2 - NN5)
Januari 2021
- Les met
35 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Tekstopbouw, hoofdgedachte, hoofd- en bijzaken, letterlijk figuurlijk
Oktober 2023
- Les met
20 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
Begrijpend lezen H1 - H3
December 2022
- Les met
13 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
m2: herhaling 1 (leesvaardigheid)
September 2022
- Les met
21 slides
Examentraining mavo 4: leesvaardigheid
April 2018
- Les met
21 slides
door
Examentraining
Nederlands
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 4
Examentraining
H2 Herhaling
November 2023
- Les met
14 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 2
Leesstrategie 15 + terugblik tekstdoelen, onderwerp, hoofdgedachte
November 2022
- Les met
21 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Leesvaardigheid blok 1 - hoofd- en bijzaken
Oktober 2021
- Les met
16 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 4