1.1 Economie is meer dan geld

1.1 Wat is Economie? 
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

1.1 Wat is Economie? 

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag: 
Start hoofdstuk 1
5 minuten: uitleg deel 1
5 minuten: zelfstandig werken vragen 1 tm 3
5 minuten: Uitleg deel 2 
10 minuten: Zelfstandig werken vragen 4 tm 10
5 minuten: Samen maken vraag 11 
10 minuten: Zelfstandig werken vragen 11 tm 16
5 minuten: Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen 
Je leert in deze paragraaf:
  • waar economie over gaat.
  • voorbeelden van wat jijzelf met de economie te maken hebt.
  • hoe bedrijven en de overheid met de economie te maken hebben.
  • hoe je een geldbedrag op de juiste manier noteert en uitspreekt

Slide 3 - Tekstslide

Deel 1 
Iedereen moet keuzes maken. 

Alles wat je nodig hebt of graag wilt hebben noem je: behoeftes.

Economie = Hoe mensen, bedrijven & de overheid keuzes maken om zo goed mogelijk al hun behoeftes te kunnen vervullen. 




Slide 4 - Tekstslide

Wat is een behoefte die jij hebt?

Slide 5 - Open vraag

Welke behoefte is belangrijker?
A
Water om te drinken
B
Een Fatbike

Slide 6 - Quizvraag

Deel 1 
Behoeftes die noodzakelijk zijn om te kunnen leven noem je: Primare behoeftes










Slide 7 - Tekstslide

Vragen maken
Maak vragen 1 tm 3.

Jullie hebben 5 minuten de tijd

We werken in stilte.  
timer
5:00

Slide 8 - Tekstslide

Deel 2 
Jij kan je behoeftes vervullen door dingen te kopen. 
Je hebt honger dus je koopt een broodje frikandel. 

Als je iets koopt dan ben je een consument.
En het kopen heet consumeren. 

Consumeren kost geld. 



Slide 9 - Tekstslide

Deel 2 
Een winkel of een webshop noem je een producent

Je koopt het broodje frikandel bij de Jumbo. 
De Jumbo is dan de producent. 

Producenten willen zo veel mogelijk geld verdienen en hebben daarvoor consumenten nodig. 

Slide 10 - Tekstslide

Vragen maken
Maak vragen 4 tm 10.

Jullie hebben 10 minuten de tijd 

Je mag zachtjes overleggen met 
je buur als je er niet uit komt. 
timer
10:00

Slide 11 - Tekstslide

Vraag 11

Slide 12 - Tekstslide

Vragen maken
Maak vragen 12 tm 16.

Jullie hebben 10 minuten de tijd 

Je mag zachtjes overleggen met 
je buur als je er niet uit komt. 
timer
10:00

Slide 13 - Tekstslide

Afsluiting
Leerdoelen checken, pagina 15 onderaan.

Zet een vinkje bij de leerdoelen als je ze hebt behaalt. 

Bedankt en tot de volgende keer. 

Slide 14 - Tekstslide