Proeftoets spelling blok 1 t/m 6 2 h/v

spelling
• Je kan de persoonsvorm vervoegen in de tegenwoordige en verleden tijd.
• Je kan het voltooid deelwoord vervoegen.
• Je kan de persoonsvorm vervoegen in de gebiedende wijs.
• Je kan voorbeelden geven van sterke (klankveranderende)en zwakke (klankvaste)werkwoorden.
• Je kan werkwoorden vervoegen in zinnen met twee onderwerpen en gezegdes.
• Je kan de bijvoeglijke naamwoorden op de juiste manier spellen.
Je kan het meervoud van een zelfstandig naamwoord correct opschrijven.
Je weet wanneer je een –n schrijft achter woorden als alle(n), beide (n)




1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

spelling
• Je kan de persoonsvorm vervoegen in de tegenwoordige en verleden tijd.
• Je kan het voltooid deelwoord vervoegen.
• Je kan de persoonsvorm vervoegen in de gebiedende wijs.
• Je kan voorbeelden geven van sterke (klankveranderende)en zwakke (klankvaste)werkwoorden.
• Je kan werkwoorden vervoegen in zinnen met twee onderwerpen en gezegdes.
• Je kan de bijvoeglijke naamwoorden op de juiste manier spellen.
Je kan het meervoud van een zelfstandig naamwoord correct opschrijven.
Je weet wanneer je een –n schrijft achter woorden als alle(n), beide (n)




Slide 1 - Tekstslide

Op zijn blog kun je volgen hoe Timor zijn avonturen … (beleven).
A
beleeft
B
beleefd
C
beleefdt
D
beleefdde

Slide 2 - Quizvraag

Het liefst … (betalen) Liz niet meer dan wat ze aan kosten heeft …
(berekenen).

A
betaalt, berekend
B
betaalt, berekent
C
betaald, berekend
D
betaald, berekent

Slide 3 - Quizvraag

… (Vinden) je vriendin de film ook saai?
A
Vindt
B
Vind
C
Vond
D
Vint

Slide 4 - Quizvraag



Wendy heeft een uur met haar paard over het strand … (draven).


A
gedraaft
B
gedraafdt
C
gedraafd
D
gedraven

Slide 5 - Quizvraag

Kies telkens de juiste schrijfwijze.

3 … zijn ontsnapt uit de gevangenis

A
Gevangenen
B
gevangenen

Slide 6 - Quizvraag

Vanavond gaan we de film … kijken.

A
Turks fruit
B
Turks Fruit

Slide 7 - Quizvraag

De brief is ondertekend door … .

A
Meneer el Yousfi
B
meneer El Yousfi
C
meneer el Yousfi

Slide 8 - Quizvraag

… ga ik meestal op bezoek bij mijn tante

A
’s woensdags
B
’S woensdags
C
’s Woensdags

Slide 9 - Quizvraag

De verdachte heeft na lang ondervragen … (verklaren) dat hij die avond te
veel had gedronken.

A
verklaart
B
verklaard
C
verklaardt
D
verklaarde

Slide 10 - Quizvraag

Hieronder staat een zin. Bij welke zin staan de komma's op de juiste plek?

Zeg heb jij misschien een oplader voor me want ik ben de mijne vergeten.

A
Zeg,
B
Zeg, want
C
, want
D
jij, , want

Slide 11 - Quizvraag



Jullie zijn de … die ontbraken op mijn feest.



A
enigen
B
B enige

Slide 12 - Quizvraag

Deze vissers hebben al beet, maar … zitten nog steeds naar hun dobber te staren.


A
enkele
B
enkelen

Slide 13 - Quizvraag

Welke woorden zijn goed geschreven?



A
Liekes tas , s'middags, f'je, cowboy'tje, café's
B
Liekes tas, ’s middags, f’je, cowboytje, cafés,
C
Liekes tas, 's-middags, f-je, cowboytje, cafés
D
Liekes"tas, 's middags, f'je, cowboy'tje, cafés

Slide 14 - Quizvraag

een … (beton) vloer
een … (posten) brief
een te … (verspreiden) bericht

A
betonnen, geposte; verspreiden
B
betonnen, gepostte, verspreidde
C
betonnen, posten, verspreide
D
betonnen, geposte, verspreide

Slide 15 - Quizvraag

Noteer van elk woord de juiste meervoudsvorm.
1 de reeks - de …
2 de kievit - de …
3 de schroef - de …

A
reeksen , kievitten, schroeven
B
reeksen, kieviten, schroeven
C
reeksen, kieviten, schroefen
D
reeksen, kievitten, schroefen

Slide 16 - Quizvraag

Noteer van elk woord de juiste meervoudsvorm.

1. de spray - de …
2. de kaars - de …
3. de industrie - de …

A
sprays, de kaarsen, industrieën
B
spray's, kaarsen, industriën
C
sprays, kaarzen, industrieën
D
spray's, kaarsen, industrieën

Slide 17 - Quizvraag

Tips om de toets te leren
1. Bekijk de gele stukken
2. Websites om te oefenen:
     www.cambiumned.nl 
     www.jufmelis.nl
    It's Learning : vak Nederlands onderdeel spelling blok 1 t/m 6
3. Filmpjes om naar te kijken

Slide 18 - Tekstslide