Heffingen door lagere overheden

Hoofdstuk 6
Heffingen door lagere overheden (Gemeente, provincie, waterschap)


1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
JuridischMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 6
Heffingen door lagere overheden (Gemeente, provincie, waterschap)


Slide 1 - Tekstslide

6.2 Hoezo heffingen?
Leerdoelen:
- Welke heffingen (onderscheid tussen gemeentelijke, provinciale en waterschapsbelasting) 

Slide 2 - Tekstslide

Regionale en lokale belastingen
- Waterschapsbelastingen => bewaken kwaliteit van het water. Wordt geheven van huishoudens of van eigenaren van onroerende zaken. Hoogte tarief=> samenstelling huishouden, waarde gebouw e.d.
- Provinciale belastingen => Provinciale opcenten (heffingen bovenop de motorrijtuigenbelasting door het rijk)
- Gemeentelijke belastingen => wordt bepaald door de gemeenteraad. 
2 rubrieken :
1. Gemeentelijke belastingen => wonen of vestiging
2. Gemeentelijke belasting=> verblijf 

Slide 3 - Tekstslide

1

Slide 4 - Video

02:10
Waarom betaalt een buurman die alleen woont minder waterschapsbelasting dan een gezin?

Slide 5 - Open vraag

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Maken
Opdracht 2 

Slide 8 - Tekstslide

6.3 Gemeentelijke belastingen wonen of vestiging 
Leerdoelen: 
- Je kent de belastingen die een gemeente in rekening brengt als je daar woont of als je daar je bedrijf gevestigd hebt. NB niet elke gemeente heft alle belastingen! 

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Waarop wordt de onroerendezaakbelasting gebasseerd?
A
Op de WOZ-waarde van de onroerende zaak.
B
Op de verkoopwaarde van de onroerende zaak

Slide 11 - Quizvraag

Wat is een tijdstipbelasting?

Slide 12 - Open vraag

Bram en Gerry hebben het huis op 10 oktober 2022 gekocht van Victor en Marja Reniers. Bram en Gerry zijn eigenaar van het huis geworden op 4 januari 2023 . Welk koppel moet de onroerendezaakbelasting over 2023 betalen? Motiveer je antwoord.

Slide 13 - Open vraag

Bezwaar maken tegen een te hoge WOZ-waarde is niet mogelijk, waar of niet waar?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quizvraag

Slide 15 - Tekstslide

Bram en Gerry zijn altijd erg milieubewust geweest. Zij produceren dus erg weinig afval. Zij vragen zich af of zij recht hebben op een lagere afvalstoffenheffing.
Heeft de hoeveelheid afval die zij produceren invloed op de hoogte van de afvalstoffenheffing?

A
Nee. De afvalstoffenheffing wordt bepaald op grond van de gezinsgrootte
B
Ja, afvalstoffenheffing bestaat uit twee delen, een vast en een variabel deel. De variabele kosten worden bepaald door het aantal keren dat inwoners restafval aanbieden.

Slide 16 - Quizvraag

Voor de afvoer van het huishoudelijk afvalwater betaalt men aan de gemeente de afvalstoffenheffing, waar of niet waar?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 17 - Quizvraag

Er zijn nieuwe buren komen wonen in 2021 die zelfs vier honden hebben. De nieuwe buren willen graag weten hoeveel zij aan hondenbelasting verschuldigd zijn.

Slide 18 - Open vraag

Bram en Gerry hebben in 2021 twee honden. Voor de honden moeten Bram en Gerry hondenbelasting betalen. Bereken hoeveel hondenbelasting de gemeente zal heffen.

Slide 19 - Open vraag

Slide 20 - Tekstslide

Gerry heeft een baan aangenomen bij café-restaurant De Drie Linden in Molenschot. Haar werkgever klaagt over de zogeheten precariobelasting.
Noem enkele redenen waarom de werkgever van Gerry deze precariobelasting verschuldigd zou kunnen zijn.

A
hij heeft een terras op gemeentegrond
B
hij heeft een luifel boven gemeentegrond
C
hij heeft een uithangbord boven gemeentegrond
D
hij huurt het pand van de gemeente.

Slide 21 - Quizvraag

Slide 22 - Tekstslide

Zou het café-restaurant waar Gerry werkt ook reclamebelasting verschuldigd zijn voor de folders die de eigenaar bij de plaatselijke winkels laat neerleggen? Motiveer je antwoord.

Slide 23 - Open vraag

Zelf aan de slag
Maken opdracht 3 en 5

Slide 24 - Tekstslide

6.4 Gemeentelijke belastingen - verblijf 
Leerdoelen: aan het einde van deze paragraaf weet je welke belastingen een gemeente in rekening brengt als je er verblijft. Ook al woon je niet in die gemeente. 

Slide 25 - Tekstslide

Inkomsten van de gemeente
Naast ozb ook:
- rioolheffing
- afvalstoffenbelasting
- parkeerbelasting
- toeristenbelasting
- hondenbelasting

Slide 26 - Tekstslide

Bram heeft een parkeerbon gekregen toen hij zonder te betalen parkeerde om Gerry op te halen bij haar werk.

Is een parkeerbon een strafrechtelijke boete? Ja / Nee + toelichting

Slide 27 - Open vraag


Uit welke twee                        componenten
      bestaat                                      een parkeerbon?

Slide 28 - Open vraag

Het betalen van parkeergeld is een vorm van een gemeentelijke belasting, waar of niet waar?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 29 - Quizvraag

Slide 30 - Tekstslide

Bij verblijf in een andere gemeente dan waar men officieel woont, is toeristenbelasting verschuldigd, waar of niet waar?
A
Waar, indien langer dan 90 dagen
B
Niet waar
C
Waar, indien korter dan 90 dagen

Slide 31 - Quizvraag

Slide 32 - Tekstslide

Hoofdstuk 6.5. Bezwaar en kwijtschelding!
Bezwaarprocedure: ben je het niet eens met een gemeentelijke belastingaanslag => bezwaar indienen!
Binnen 6 weken na dagtekening aanslagbiljet. Op het aanslagbiljet staat ook vermeld hoe je bezwaar in moet dienen. 

Slide 33 - Tekstslide

Kwijtschelding
Als het niet mogelijk is belasting te betalen (inkomen te laag) bijvoorbeeld. Kan er kwijtschelding worden aangevraagd.
Van belang: 
1. Alleen huishoudens komen in aanmerking
2. Hangt af van het inkomen en vermogen. Er wordt gekeken naar de betaalcapaciteit. 
Betalingsregeling is ook mogelijk. 

Slide 34 - Tekstslide

Zou je kwijtschelding kunnen krijgen voor hondenbelasting?
A
Ja
B
Nee

Slide 35 - Quizvraag

Slide 36 - Tekstslide

Krijgt iemand met een goed pensioen kwijtschelding voor de afvalstofheffing?
Ja / Nee + toelichting

Slide 37 - Open vraag

Zelf aan de slag! 
Maken opdrachten 6, 7 8 en 9!!


Slide 38 - Tekstslide