les 3 thema 6 B2a ma 12 juni

Welkom
Mobiel uitzetten en in de tas doen.
Rustig op je eigen plek gaan zitten.
Je laptop vast opstarten en je aanmelden bij lessonup.
Daarna je laptop omdraaien met het beeldscherm naar mij toe.
Als de timer op 0 staat start de uitleg en zit je klaar.

timer
1:00
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welkom
Mobiel uitzetten en in de tas doen.
Rustig op je eigen plek gaan zitten.
Je laptop vast opstarten en je aanmelden bij lessonup.
Daarna je laptop omdraaien met het beeldscherm naar mij toe.
Als de timer op 0 staat start de uitleg en zit je klaar.

timer
1:00

Slide 1 - Tekstslide

Deze les
Terugblik toets.
Verder met thema ecologie. (Basisstof 2 maken)

Slide 2 - Tekstslide

Toets bloed.
Gem cijfer 5,2
Hoogste cijfer 7,3
Laagste cijfer 3,3

aantal x 0,5 er bij: 4x

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen voor vandaag:
Afmaken:
-Je kunt uitleggen wat producenten, consumenten en reducenten zijn.
-Je kunt de kringloop van stoffen beschrijven.
-Je kunt aangeven welk afval biologisch afbreekbaar is en welk afval niet.

Wat weet je nog? Zo een paar vragen in de lessonup.

Nieuw:
-Je kunt manieren noemen waarop soorten met elkaar samenleven.

Slide 4 - Tekstslide

Horen afvaleters bij producenten, consumenten of reducenten?
A
producenten
B
consumenten
C
reduceren

Slide 5 - Quizvraag

De kringloop van stoffen bestaat uit 4 groepen; De producenten, de consumenten, de afvaleters en de reducenten. Wie van deze 4 maakt de kringloop compleet
A
producenten
B
consumenten
C
afvaleters
D
reducenten

Slide 6 - Quizvraag


Welk organisme is een producent?
A
De luis
B
De boom
C
Lieveheersbeestje
D
Vogel

Slide 7 - Quizvraag

hoeveel producenten zitten in dit voedselweb
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 8 - Quizvraag

Waar horen pissebedden bij?
A
producenten
B
consumenten
C
reducenten

Slide 9 - Quizvraag

17. Huishoudelijk afval wordt ingedeeld in vijf groepen:
1 groente-, fruit- en tuinafval;
2 glas;
3 plastic;
4 metaal;
5 papier.
Welke van deze groepen afval is, of zijn biologisch afbreekbaar?
A
Alleen 1.
B
Alleen 1 en 5.
C
Alleen 1, 3 en 5.

Slide 10 - Quizvraag

Tot welk soort afval behoort
het volgende plaatje:
A
Biologische afbreekbaar afval
B
Niet-biologisch afbreekbaar afval

Slide 11 - Quizvraag

Welk afval kunnen reducenten niet afbreken?
A
biologisch afbreekbaar afval
B
niet-biologisch afbreekbaar afval

Slide 12 - Quizvraag

We gaan nu eerst bassistof 2 maken, 
Volgende les uitleg over B3.

Slide 13 - Tekstslide

Zelf aan het werk.
Leerdoelen:
-Je kunt uitleggen wat producenten, consumenten en reducenten zijn.
-Je kunt de kringloop van stoffen beschrijven.
-Je kunt aangeven welk afval biologisch afbreekbaar is en welk afval niet.
-Je kunt manieren noemen waarop soorten met elkaar samenleven.

Bereik je door:
Zelf of samen met mij de opdrachten van Bassistof 2 af te maken en aan Bassistof 3 te beginnen.

Slide 14 - Tekstslide

Morgen verder met B3.
Zorg dat je bij blijft met de opdrachten.

Pak nu je tas in en wacht nog even rustig op je eigen plek tot het tijd is.

Laat je plek netjes achter, schuif je stoel aan en vergeet je mobiel niet.

Slide 17 - Tekstslide