Brongebruik voor jouw profielwerkstuk

PWS
Brongebruik voor jouw profielwerkstuk
Leerjaar 5
HAVO
RSG Enkhuizen
Contact: i.smit@rsg-enkhuizen.nl
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
PwsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 5,6

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

PWS
Brongebruik voor jouw profielwerkstuk
Leerjaar 5
HAVO
RSG Enkhuizen
Contact: i.smit@rsg-enkhuizen.nl

Slide 1 - Tekstslide

Les: voorbereiding respectcarrousel 
Leerjaar: 3e klas
Duur les: 1 uur

Op woensdag 11 december vindt voor de derde klassen de respectcarrousel plaats. Leerlingen maken kennis met allerlei mensen die zich op verschillende manieren inzetten voor respect. 

De klas wordt voor deze carrousel in tweeën gedeeld. Hiervoor ben jij als mentor verantwoordelijk. 

Omschrijving opdracht:

Leerlingen gaan ter voorbereiding van de carrousel een vragenlijst maken met hun klas. Hiervoor zijn in deze les korte werkvormen bedacht, zodat ze uiteindelijk tot een gezamenlijke lijst komen. 

Ter voorbereiding op het maken van de vragen, zijn drie filmpjes toegevoegd. Het is aan te raden om minimaal één filmpje te kijken, je kan ook alle drie de filmpjes kijken.
Leerdoelen
Weet je...
  • Waarom je bronnen gebruikt.
  • Waar je op moet letten wanneer je wilt beoordelen hoe betrouwbaar bronnen zijn.
  • Hoe je bronnen verwerkt in je tekst.
  • Hoe je een bronvermelding maakt.
  • Hoe je een literatuurlijst maakt.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke bronnen bestaan er?
Niet elke bron is een betrouwbare bron. 



Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke bronnen bestaan er?
Een bron kan van alles zijn: een artikel, een nieuwsbericht, een column, een bordje bij een kunstwerk: eigenlijk alles waar je informatie uit kan halen kan je zien als een bron. 



Je hebt daarbij statische en dynamische bronnen: 

Statisch: 
- Wetenschappelijke artikelen 
- Boeken 

Dynamisch: 
- Interviews
- Observaties

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom gebruik je bij je PWS bronnen? (En wanneer?)
Samengevat gebruik je bronnen om: 
- informatie te vinden
- informatie te controleren
- afbeeldingen te zoeken

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Informatie vinden
Je zoekt in verschillende fases van je PWS naar geschikte informatie. 

1. Algemene bronnen grote onderwerp
- Bronnen die in het algemeen wat zeggen over je grote onderwerp 

2. Algemene bronnen van je kleine onderwerp
- Bronnen die iets zeggen over de jouw kleine onderwerp, dat wat je wél wilt onderzoeken.


Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Informatie vinden


3. Bronnen voor het kaderen van je onderwerp
Om jouw onderzoeksvraag en deelvraag in te kaderen, moet je weten waarom je iets wel én niet onderzoekt. Door middel van bronnen geef je dat aan en zet je kaders.

4. Bronnen ter controle
Als je zeker wil weten dat jouw informatie klopt, is het goed om meer bronnen te zoeken die dezelfde informatie geven. Deze bronnen kan je erbij benoemen als je statement maakt.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Informatie vinden
5. Bronnen die het tegendeel bewijzen
Soms is het goed om ook te zoeken naar bronnen die juist níet bewijzen wat jij wilt zeggen in je PWS. Je kan tegengestelde resultaten benoemen en die afwegen tegen jouw originele resultaten. Dit kan jouw PWS ten goede komen.

6. Aanvullende bronnen
Om jouw inleiding body te geven, wil je jouw onderzoek introduceren op een krachtige manier. Hiervoor gebruik je de bovenstaande bronnen, maar kan je ook gebruik maken van bronnen ter illustratie van je verhaal. 
Hierbij kan je denken aan cijfers (CBS), nieuwsartikelen of opiniestukken die de introductie van jouw onderwerp sterker maken.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer is een bron betrouwbaar?
Niet elke bron is een betrouwbare bron. 



Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Samenvatting
Auteur: Opleiding, kenner/autoriteit/wie zit er achter de site?
Doel van de tekst: Objectief geschreven (geen betoog of column).
Datum: Wanneer is het artikel verschenen?
Belang: Heeft de auteur een belang bij het artikel?
Verwijzingen: Bevat het artikel bronvermeldingen (verwijzingen naar andere onderzoeken)?

Waar/wat:
Websites: maar check wel of het een wetenschappelijke of commerciële site is.
Cijfers: het Centraal Bureau voor de Statistiek.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe verwerk je bronnen in je tekst?
Tips van de Radboud Universiteit (zie onderstaande link)
1. Geen knip- en plakwerk
2. Parafraseer tekst uit bronnen
3. Gebruik citaten, maar met mate
4. Maak duidelijk van wie het is, uit welk jaar het komt en waar de bron vandaan komt. 

Wanneer hoef je niet te verwijzen? 
--> Bij algemeen bekende informatie, zoals data van bekende oorlogen, namen van bekende presidenten, etc.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe verwerk je bronnen in de literatuurlijst?
Tips van de Radboud Universiteit (zie onderstaande link)

In de literatuurlijst neem je alle bronnen op die je ook daadwerkelijk hebt gebruikt in je werkstuk. 
Je ordent de bronnen op de achternaam van de (eerste) auteur. 

De literatuurlijst komt na de Conclusie en voor de Bijlagen
in je werkstuk.

Je verwerkt ze met APA

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht: 
Lees de pagina over bronnen van de RUG door: 

Zijn er vragen?

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies