Spelling hst. 4-5 en werkwoordspelling

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Spelling hst. 4-5 en werkwoordspelling

Toetsstof

• 'n' bij verwijzingen (hst. 2.9)
• accent, trema, apostrof (hst. 4.9)
• weglatingsstreepje & koppelteken (hst. 4.9)
• voorzetsels aan elkaar of los (5.9)
• tussen -s of -n in samenstellingen (5.9)
• alle werkwoordspelling (1.9 t/m 5.9)

Meervouds N bij verwijzingen

meeste / meesten

beide / beiden

alle / allen

andere / anderen

Schrijf de regels mee / vul aan!

De meeste(n) mensen houden nu eenmaal meer van dieren dan van mensen, maar bij sommige(n) ligt dat anders.

1. meeste, sommigen
2. meesten, sommigen
3. meeste, sommige
4. meesten, sommige

Met open mond kijken de meeste(n) dierenliefhebbers naar de Netflix-documentaire 'Tiger King'

1. meeste
2. meesten

Ook in Nederland bekeken vele(n) deze serie direct nadat deze online stond.

1. vele
2. velen

Andere(n) sloten iets later aan.

1. andere
2. anderen

Trema & apostrof

• Bekijk de twee filmpjes. 
• Maak aantekeningen. 
• Maak daarna de oefeningen in deze lesson-up. 

pvda er

1. PvdA'er
2. PvdA-er
3. PvdAër

ideeen

1. ideën
2. ideëen
3. ideeën
4. ideeen

peter boek

1. Peter's boek
2. Peters boek
3. Peters' boek

Max tas

1. Maxs tas
2. Max tas
3. Max' tas
4. Max's tas

mbo er

1. mboër
2. mbo'er
3. mbo-er

Wat is goed?

1. financiën
2. financieën
3. financieeën
4. fiancien

Wat is goed?

1. commerciëel
2. commercieël
3. commercieël
4. commercieel

Liggend streepje

koppelteken of weglatingsstreepje 

Maak een mindmap over de 7 regels wanneer je een koppelteken schrijft. Maak een foto en lever hier in. Tip: gebruik paragraaf 4.9.

Wat is goed?

1. sportschoenen & sporttas
2. -schoenen en sporttas
3. sportschoenen en -tas

Wat is goed?

1. dinsdagavond en donderdagavond
2. dinsdag- en donderdagavond
3. dinsdagavond en donderdag-

Voorzetsels: aan elkaar of los

Wat is goed?

1. Wie kijk erna?
2. Wie kijkt er na?

Wat is goed?

1. De boeken staan erop.
2. De boeken staan er op.

Wat is goed?

1. De boeken staan achterop de kast.
2. De boeken staan achter op de kast.

Tussenletter s in samenstellingen

• Stationstraat of stationSstraat?
• Vervang het tweede deel door een ander woord: plein. 
• StationSplein
• Dus: stationSstraat

Wat is goed?

1. stationchef
2. stationschef

Tussenletter N in samenstellingen

• Bekijk het filmpje
• Vul je aantekeningen van vorige week aan of maak nieuwe.
• Maak daarna de vragen

Wat is goed?

1. rijstebrij
2. rijstenbrij

Wat is goed?

1. schapewolk
2. schapenwolk

Wat is goed?

1. jokkebroek
2. jokkenbrok

Tot slot: werkwoordspelling

Maak de volgende oefening. 

Maak een screenshot van je score. 

Lever deze dadelijk in via de lesson-up.

www.cambiumned.nl

Lever hier het screenshot van je score in.

Aan de slag met je weektaak