V3a Oefenblad spelling, kahoot spelling en ww spelling

1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

10 minuten lezen

Slide 2 - Tekstslide

Programma
  1. Spelling, spelling en spelling
  2. Oefenblad spellingcontrole nakijken
  3. Werkwoordspelling --uitleg en Kahoot
  4. Afsluiting en vooruitblik   

Slide 3 - Tekstslide

Spellingcontrole checkt NIET
  • Woorden die op elkaar lijken- leiden & lijden, rauw en rouw
  • Werkwoordsvormen: context afhankelijk
  • Samenstellingen: tot en met drie losse woorden aan elkaar;  huisvredebreuk, spellingscontrolemisser
  • Verwijswoorden; de persoon dat  die
  • Incongruentie; de groep leerlingen lopen loopt
  • Verhaspelingen; op ieder potje past een kurk


Slide 4 - Tekstslide

Persoonsvorm tegenwoordige tijd (tt)
  
ik/jij achter de persoonsvorm          hele werkwoord - en                          ik vind/vind jij
jij/hij/zij/het                                               hele werkwoord - en + t                    jij/zij/het vindt
wij/jullie/zij                                                 hele werkwoord                                   vinden
 
Alleen ik-vorm 
1. Als het onderwerp ik is
2. Als de je/jij achter de pv staat (let op je moet je in jij kunnen veranderen)
3. Als de pv het werkwoord willen betreft, ik/jij/hij/zij wil
 

Slide 5 - Tekstslide

Persoonsvorm verleden tijd (vt)
Reguliere werkwoorden- en + de(n).                                                         
wandelen-wandel-wandelde                 afronden-afrond- afrondde

Zwakke werkwoorden:   -en+ te (n)  (Dus als het hele werkwoord-en eindigt op een van de letters uit 't sexy fokschaap                                                                   
kuchen-kuch-kuchten         fietsen-fiets-fietste      grazen-graz-graasde             

Sterke (onregelmatige) werkwoorden veranderen van klank. Deze woorden moet je kennen/leren.
Let op: Een persoonsvorm in de verleden tijd spel je nooit met dt!
 

Slide 6 - Tekstslide

Basisregel Engelse ww
De ik-vorm van een Engels werkwoord maak je door -en van het werkwoord af te halen:
 relaxen – relax
 e-mailen – e-mail
Let op  alleen een -n verwijderen
racen – race
 timen – time.     
 --> vanwege uitspraak! 

Slide 7 - Tekstslide

Let op!
Als het woord in het Engels eindigt op een dubbele medeklinker, schrijven we een enkele medeklinker (basketballen – basketbal), tenzij dit een andere uitspraak veroorzaakt (paintballen – paintball).

Slide 8 - Tekstslide

Vervoeging
tt.    racen-race-ik race/hij racet
         relaxen-relax-ik relax/hij relaxt
          mailen-mail- ik mail/hij mailt

vt.  Ook nu 't sexy fokschaap  toepassen:
racen-race-ik racete  
relaxen-relax-relaxte
mailen-mail-mailde






Slide 9 - Tekstslide

Afsluiting en vooruitblik

Leerdoel behaald?
Ik weet wat de spellingcontrole van Word wel/niet kan herkennen als fout
(zie dia 4)

Ik weet (weer) hoe ik de persoonsvormen van  alle werkwoorden in 
de tegenwoordige en verleden tijd moet vervoegen (zie dia 5-6-7-8-9).

Na de herfstvakantie herhalen we op maandag TV 1-2-3, blz 34 t/m 44
op dinsdag is dan de repetitie 1, 2 en 3 incl werkwoordspelling.



Slide 10 - Tekstslide

V3a Oefenblad spelling, kahoot spelling en ww spelling

Slide 11 - Tekstslide