Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Hoofdstuk 5 - Les 4 - E/EE - Instructieles
Hoofdstuk 5 - Les 4 - E/EE
Curio ISK - Spelling instroom
1 / 55
volgende
Slide 1:
Tekstslide
NT2
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 1
In deze les zitten
55 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
1 video
.
Lesduur is:
50 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Hoofdstuk 5 - Les 4 - E/EE
Curio ISK - Spelling instroom
Slide 1 - Tekstslide
Instapdictee
Weet je het nog?
Slide 2 - Tekstslide
1. Ik zie een grote ...
Slide 3 - Open vraag
2. In onze klas is een goede ...
Slide 4 - Open vraag
3. Ik heb pijn aan mijn ...
Slide 5 - Open vraag
4. Het doet erg veel ...
Slide 6 - Open vraag
5. Ik bak brood met ...
Slide 7 - Open vraag
6. Ik ... Nederlands op school.
Slide 8 - Open vraag
7. Hij gooit de ...
Slide 9 - Open vraag
8. De bloemen zijn ...
Slide 10 - Open vraag
9. De bloemen hebben een groene ...
Slide 11 - Open vraag
10. Is dat een mevrouw of een ...?
Slide 12 - Open vraag
11. De vogel heeft een lange ...
Slide 13 - Open vraag
12. In de woestijn loopt een ...
Slide 14 - Open vraag
lange klank
korte klank
Slide 15 - Tekstslide
korte klank
lange klank
Slide 16 - Tekstslide
korte klank
lange klank
Slide 17 - Tekstslide
~eer en ~eel
Als het woord eindigt op ~
eer
of op ~
eel
, dan klinkt de
[ee]
anders.
Slide 18 - Tekstslide
stomme e
Soms klinkt de [
e
] als [
u
] of [
o
].
Dat is de 'stomme e'.
Hoor je het?
m
e
loen
[m
u
loen]
groent
e
[groent
u
]
lep
e
l
[lep
o
l]
Slide 19 - Tekstslide
Soms klinkt de [
e
] als een [
u
]
Kijk naar de woorden hiernaast.
Spreek ze uit.
Hoor je [
u
]?
m
e
loen
p
e
daal
op
e
n
reg
e
n
mol
e
n
drom
e
n
all
e
s
et
e
n
wand
e
ling
tek
e
ning
m
e
neer
ooi
e
vaar
kind
e
r
e
n
ei
e
r
e
n
gist
e
r
e
n
hupp
e
l
e
n
Slide 20 - Tekstslide
Woorden die eindigen op [
em
] of [
er
] hebben vaak een
stomme e.
Je hoort [
um
],
je schrijft [
em
]
Je hoort [
ur
]
je schrijft [
er
]
bez
em
bod
em
stiek
em
ad
em
bliks
em
bals
em
mod
em
bloesem
tijg
er
vlind
er
wint
er
zond
er
met
er
dokt
er
kapp
er
kikk
er
Slide 21 - Tekstslide
sleep alle woorden met de
stomme e
naar dit vak
bodem
kikker
winter
ver
kapper
modem
dokter
tijger
stem
vlinder
adem
bliksem
zonder
meter
neem
bezem
ster
balsem
stiekem
klem
bloesem
Slide 22 - Sleepvraag
Woorden die eindigen op [
el
] hebben ook een
stomme e.
Je hoort [
ol
]
je schrijft [
el
]
sleut
el
vog
el
spieg
el
app
el
wink
el
taf
el
lep
el
midd
el
Slide 23 - Tekstslide
sleep alle woorden met de
stomme e
naar dit vlak
cirkel
spiegel
voel
appel
hemel
hel
winkel
vogel
bel
veel
sleutel
wiel
tafel
pel
middel
geel
jawel
spel
hotel
lepel
cel
Slide 24 - Sleepvraag
Woorden die eindigen op [
e
] hebben ook een
stomme e.
Je hoort [
u
]
je schrijft [
e
]
aard
e
eind
e
nieuw
e
grot
e
dunn
e
drog
e
groent
e
halt
e
Slide 25 - Tekstslide
sleep alle woorden met de
stomme e
naar dit vlak
drie
halte
mooie
actie
thee
nieuwe
dikke
blauwe
dure
einde
droge
twee
dunne
aarde
slee
snee
hoe
groente
houdoe
koe
grote
Slide 26 - Sleepvraag
Slide 27 - Video
Woorden die beginnen met [
be
], [
ge
] en [
ver
] hebben ook de
stomme e
.
je hoort [
bu
] [
gu
] [
vur
]
je schrijft [
be
] [
ge
] [
ver
]
[gu]
ge
tal
ge
drag
ge
bouw
ge
zond
ge
bit
ge
bak
ge
zin
ge
heim
[bu]
be
taal
be
gin
be
zet
be
richt
be
slag
be
zoek
be
hang
be
ton
[vur]
ver
driet
ver
haal
ver
voer
ver
dedig
ver
band
ver
leg
e
n
ver
liefd
ver
gif
Slide 28 - Tekstslide
Opdracht 1:
Hoor je de stomme e?
Slide 29 - Tekstslide
1. dokter
Hoor je de stomme e?
A
ja
B
nee
Slide 30 - Quizvraag
2. berg
Hoor je de stomme e?
A
ja
B
nee
Slide 31 - Quizvraag
3. deurbel
Hoor je de stomme e?
A
ja
B
nee
Slide 32 - Quizvraag
4. ernstig
Hoor je de stomme e?
A
ja
B
nee
Slide 33 - Quizvraag
5. behang
Hoor je de stomme e?
A
Ja
B
nee
Slide 34 - Quizvraag
6. spijker
Hoor je de stomme e?
A
ja
B
nee
Slide 35 - Quizvraag
7. echt
Hoor je de stomme e?
A
ja
B
nee
Slide 36 - Quizvraag
8. slinger
Hoor je de stomme e?
A
ja
B
nee
Slide 37 - Quizvraag
9. effect
Hoor je de stomme e?
A
ja
B
nee
Slide 38 - Quizvraag
10. pedaal
Hoor je de stomme e?
A
ja
B
nee
Slide 39 - Quizvraag
11. slee
Hoor je de stomme e?
A
ja
B
nee
Slide 40 - Quizvraag
12. ekster
Hoor je de stomme e?
A
ja
B
nee
Slide 41 - Quizvraag
Opdracht 2:
Hoe schrijf je het?
Slide 42 - Tekstslide
1
Slide 43 - Open vraag
2
Slide 44 - Open vraag
3
Slide 45 - Open vraag
4
Slide 46 - Open vraag
5
Slide 47 - Open vraag
6
Slide 48 - Open vraag
7
Slide 49 - Open vraag
8
Slide 50 - Open vraag
9
Slide 51 - Open vraag
10
Slide 52 - Open vraag
Afsluitdictee
Ruim je laptop op en pak je spellingschrift en een potlood.
Schrijf bovenaan:
Hoofdstuk 5 - Les 4
Schrijf in de kantlijn de nummers
1 t/m 12
5
4
Slide 53 - Tekstslide
Afsluitdictee
1
betaal
2
winkel
3
bezem
4
bodem
5
bliksem
6
verdriet
7
meter
8
gebit
9
halte
10
tafel
11
gisteren
12
appel
Slide 54 - Tekstslide
Einde hoofdstuk 5 - les 4
Slide 55 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Stomme e
Oktober 2024
- Les met
47 slides
NT2
ISK
Welke letter: -tie en stomme -e, 0F
September 2020
- Les met
11 slides
door
SCORE Nederlands vo/mbo
Nederlands
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 1
SCORE Nederlands vo/mbo
De stomme e (2)
Oktober 2024
- Les met
13 slides
Spelling
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 3
Spelling lange en korte klanken en tweeklanken
Juni 2019
- Les met
36 slides
Steunles spelling
Middelbare school
vmbo, mavo
Leerjaar 1
De stomme e (3)
Oktober 2024
- Les met
15 slides
Spelling
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 3
De stomme e (1)
Oktober 2024
- Les met
16 slides
Spelling
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 3
spelling in beeld herhaling blok 4
December 2019
- Les met
24 slides
Spelling
Basisschool
Groep 5
Spelling woorden met ge-, be-, en ver-.
April 2024
- Les met
15 slides
Nederlands
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 3