Kapitel 3_unterweg: die verrücktesten Schulwege Deutschlands/ Straßenschilder

• Duits
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Kapitel 3:  Straßenschilder/ modale werkwoorden

Ziele

Du kannst: 

1. een tekst over een vertrouwde alledaagse situatie begrijpen.
2. leesstrategieen inzetten: ELZA methode/ signaalwoorden 
3. Je hebt de modale werkwoorden herhaald

Noem een signaalwoord

die verrücktesten Schulwege Deutschlands. Wat betekent de titel?

Mit welchen Verkehrmitteln kann man zur Schule fahren (auf Deutsch)?

In den Verwaltungen werden alle Vorschläge besprochen – und auf ein paar Regeln geprüft, etwa diese hier: Jeder Straßenname darf pro Ort nur einmal vorkommen. Stellt euch vor, wie sich Postboten sonst verlaufen können!

Vorschläge für Straßennamen werden immer akzeptiert.

1. richtig
2. falsch

Wichtig ist auch, dass ein Straßenname die Bewohner nicht beleidigt. Einen Deppenweg oder eine Trottelgasse werdet ihr darum nirgendwo finden

Straßennamen dürfen niemanden vor den Kopf stoßen.

1. richtig
2. falsch

Wat maakt het werkwoord dürfen (mogen) speciaal?

Noem een modaal werkwoord?

Modale werkwoorden

geen modale werkwoorden

lachen

dürfen

mögen

essen

können

schlafen

sollen

Wat betekent het modale ww in deze zin: Ich mag diesen Busfahrer.

1. mag
2. aardig vinden
3. moet
4. willen

Wat betekent het modale ww in deze zin: Soll ich hier sitzen?

1. moet
2. kunt
3. mag
4. zult

mogen, toestemming

kunnen

houden van

moeten

moeten,zullen

willen

selbständig arbeiten

Opdracht in de les: LessonUp modale ww.