les 22 H5 P2 en P3

Welkom bij Nask

Klas binnenkomen

• Ga volgens de plattegrond op je plaats zitten.
• Leg je boek en schrift op tafel.
• De laptop blijft in de tas        
• Aandacht voor de docent

Tijdens de les

• Doe actief mee     
• Bij vragen eerst je vinger opsteken          
  
• Als de docent praat, moet je stil zijn.
• niet eten (ook geen kauwgom)

📌 Klasafspraken

Samen zorgen we voor een fijne en rustige les! 😊

Naam  🔔 Herinnering ➖ Tweede keer ➖ Derde keer 🚪 HIP

📍 Tijdens de les geven we elkaar de ruimte om rustig te werken en te luisteren.

📍

✨ Zo zorgen we samen voor een fijne les waarin iedereen goed kan leren! ✨

📌 Klasafspraken

Samen zorgen we voor een fijne en rustige les! 😊

Naam  🔔 Herinnering ➖ Tweede keer ➖ Derde keer 🚪 HIP

📍 Tijdens de les geven we elkaar de ruimte om rustig te werken en te luisteren.

📍Als iemand zich in de les niet aan de regels houdt en begint te praten, schrijf ik de naam met een streepje op het bord en geef ik een vriendelijke herinnering.

📍 Bij de tweede keer zet ik een extra streepje achter de naam.

📍 Bij een derde streepje stuur ik de leerling naar HIP.

✨ Zo zorgen we samen voor een fijne les waarin iedereen goed kan leren! ✨

Nask Les 22    H5 P2

Lesplanning

• Studiewijzer en klasregels
• Terugblik op vorige les
• Opstart opdracht + nakijken
• Gemiddelde snelheid  + oefenen vragen
• Online oefenen P1 en P2
• Afsluiting + Huiswerk

Leerdoelen 5.2

5.2.1 Je kunt rekenen met de formule voor (gemiddelde) snelheid.

5.2.2 Je kunt de gemiddelde snelheid berekenen aan de hand van een gegeven plaatstijddiagram of (x,t)-diagram.

5.2.3 Je kunt snelheid in m/s omrekenen naar km/h en omgekeerd.

Stel een stroboscopische lamp flitst 5 keer per seconde. Hoeveel seconde zit er dan tussen iedere flits in?

1. 5 seconde
2. 0,20 seconde
3. 1 seconde
4. 0,10 seconde

Wat heb je nodig om een
plaats-tijddiagram in te vullen?

1. Een ingevulde plaats-tijdtabel
2. Een stroboscopische foto
3. Een video
4. A, B en C

Afgelegde afstand: lengte van de totale weg die is afgelegd. Het verschil tussen de plaats waar de beweging begonnen is en de plaats waar de beweging geëindigd is.

Wat is de afgelegde afstand tussen 1,0 en 2,5 s? Hierin is 1,0 s het referentiepunt. 

Afgelegde afstand

Bij 2,5s: x = 57 cm

Bij 1,0 s: x = 10 cm

Afgelegde afstand = 57-10 = 47 cm

Snelheid naar 100 km/h 

• 100 kilometer in 1 uur
• Wat betekent dit nou?

Snelheid in km/h

• Hardlopers
• Schaatsers
• Formule 1
• Fietsers

Voorkennis

Verschil snelheid op 1 moment en de gemiddelde snelheid.

snelheid op 1 bepaald moment: aflezen op snelheidsmeter

gemiddelde snelheid: uitrekenen met behulp van afstand en tijd.

Let op ook de tijd die je stilstaat in de file of bij het stoplicht

De gemiddelde snelheid berekenen

laten we de tabel invullen

Grootheid	symbool	Eenheid	symbool
afstand	..................	...................... kilometer	m km
tijd	..................	seconde uur	s ................
gemiddeldesnelheid	v	meter per seconde kilometer per uur	................. km/h

Voorbeeld

Opgave: een wandelaar loopt in precies 45 minuten een afstand van 4 km. Hoe groot is zijn gemiddelde snelheid?

Manier 1

s = 4 km

t = 45 min = 0,75 h

v = s : t = 4 : 0,75 = 5,3 km/h

Manier 2

s = 4 km =  4000 m

t = 45 min = 2700 s

v = s : t = 4000 : 2700 = 1, 5 m/s

(Eenheden van) Snelheid omrekenen

                                                               1- Wat is 100,8 km/h in m/s?

                                        

                                                         2- Wat is 5 m/s in km/h?

Maak deze opgave in je schrift.

1-Usain Bolt gaat de 100 m rennen in een top tijd van 9,58 s.

Bereken zijn gemiddelde snelheid in m/s

Gegevens:

Gevraagd:

Formule:

Uitwerkingen:

maak deze opgave in je schrift.

2-Een auto rijdt 385 km met een gemiddelde snelheid van 110 km/h. Bereken hoelang de auto over die afstand doet.

Gegevens:

Gevraagd:

Formule:

Uitwerkingen

maak deze opgave in je schrift.

3- Je fietst 15.0 km/h

gedurende in 1 uur en 30 minuten

Wat is je afstand die je fiets?

Gegevens:

Gevraagd:

Formule:

Uitwerkingen:

Ik fiets met 15 km/h naar school, daar doe ik een uur over. Hoeveel km moet ik fietsen?

1. 5 km
2. 15 km
3. 30 km
4. 1,5 km

Tom rijdt een flinke afstand op zijn racefiets. Na drieënhalf uur fietsen kijkt hij op zijn fietscomputer. Hij ziet dat zijn gemiddelde snelheid 28 km/h is.
Welke afstand heeft Tom in drieënhalf uur afgelegd?

1. 28 / 3,5 = 8 km
2. 28 / 3,5 x 3,6 = 28,8 km
3. 28 x 3,5 = 98 km
4. 28 x 3,5 x 3,6 = 352,8 km

zelfstandig werken

Leerdoelen 5.2

5.2.1 Je kunt rekenen met de formule voor (gemiddelde) snelheid.

5.2.2 Je kunt de gemiddelde snelheid berekenen aan de hand van een gegeven plaatstijddiagram of (x,t)-diagram.

5.2.3 Je kunt snelheid in m/s omrekenen naar km/h en omgekeerd.

Huiswerk-Afsluiting

 Wat hebben we geleerd in deze les?

Lees H5 P2 en maak de opdrachten. 

   Studiewijzer!!

Wat vond je van deze les?
1 2 3 4 5

😒🙁😐🙂😃

les 22 H5 P2 en P3