B2a VE1 1.2

• Mens & Maatschappij
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

Autoverkoper

• Mijn auto's kosten €100 per stuk
• Ik heb al een miljoen auto's verkocht
• Er is dus €100 miljoen binnengekomen
• Toch maak ik verlies

Winst maken

Afzet

Hoeveel producten je verkoopt is de afzet

Bijvoorbeeld:

• 1000 kilo boter
• 48 fietsen
• 18000 liter melk
• 25 truien

Omzet

Het totale bedrag dat je ontvangt voor je verkochte producten

Bijvoorbeeld:

16000 euro

€240

Voorbeeld

Eén hele kaas kost 10 euro

Wat is de afzet?

Hoe bereken je de omzet?

Ik heb vandaag 63 kazen verkocht

Onthoud goed:

Is het een geldbedrag: Omzet

Is het een aantal producten: Afzet

Opdrachten maken

Lees bladzijde 15

Maak opdracht 2, 3 en 4 (blz. 16)

Werk op fluistertoon samen

Huiswerk wordt gecontroleerd

Klaar? Ga alvast begrippen leren (blz. 36)

Winst

• Alles wat je als bedrijf betaalt voor de producten die je inkoopt is de inkoopwaarde

• Dit moet je dus van je omzet afhalen
  

Winst

Omzet - inkoopwaarde = brutowinst

Voorbeeld

De inkoopwaarde van mijn producten is €15 000

Ik heb een omzet van €40 000

Hoeveel is de brutowinst?

Controle

Is dit afzet of omzet?

€672,42

Controle

Is dit afzet of omzet?

€672,42

200 meter tapijt

Controle

Is dit afzet of omzet?

€672,42

200 meter tapijt

18 konijnen en 2 honden

Controle

Is dit afzet of omzet?

€672,42

200 meter tapijt

18 konijnen en 2 honden

214 ijsjes

Omzet

Is de omzet ook hetzelfde als je winst?

Omzet

Wat moet je van de omzet afhalen om je brutowinst te berekenen?

Opdrachten maken

Lees bladzijde 16

Maak opdracht 5, 6 en 7 (blz. 17)

Werk op fluistertoon samen

Nakijken (alle opdrachten)

Klaar? Maak blz. 20 of 21