Thomas a Kempis: eerste klas atheneum, haben und sein + sprechen

Deutsch
1. klasse Stunde sprechen
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Deutsch
1. klasse Stunde sprechen

Slide 1 - Tekstslide

Herzlich wilkommen!
Was machen wir heute? 
  • Wiederholen Grammatik haben und sein
  • Sprechen

Lernziel:
  • Je kunt de letters van het alfabet goed uitspreken.
  • Je kunt het werkwoord haben en sein vervoegen.
  • Je kunt vragen stellen en antwoorden geven over persoonlijk gegevens.



Slide 2 - Tekstslide

Was haben wir in der letzten Stunde gemacht?

Slide 3 - Tekstslide

Übersetzte (vertaal):
jij

Slide 4 - Open vraag

Übersetzte (vertaal):
wij

Slide 5 - Open vraag

Übersetzte (vertaal):
jullie

Slide 6 - Open vraag

Übersetzte (vertaal):
u

Slide 7 - Open vraag

Ik
jij 
hij
zij
het
wij
jullie
zij 
U
ihr 
er
Sie 
wir 
sie (enkelvoud)
du
sie (meervoud)
es
ich 

Slide 8 - Sleepvraag

du ....................
A
bin
B
bist
C
sein
D
seid

Slide 9 - Quizvraag

ich ......
A
bin
B
bien
C
bist
D
sein

Slide 10 - Quizvraag

ihr ....................
A
bist
B
sind
C
bin
D
seid

Slide 11 - Quizvraag

Agnes und Martin .............
A
seid
B
sind
C
bist
D
ist

Slide 12 - Quizvraag

Das Kind ............
A
bin
B
bist
C
ist
D
seid

Slide 13 - Quizvraag

Warum ............. Sie hier?
A
seid
B
bist
C
ist
D
sind

Slide 14 - Quizvraag

ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie
Sie
ik
jij
hij/zij/het
wij
jullie
zij (meervoud)
u

Slide 15 - Sleepvraag

Het werkwoord sein
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
bin
bist
ist
sind
seid
sind

Slide 16 - Sleepvraag

Het werkwoord haben
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
habe
hast
hat
haben
habt
haben

Slide 17 - Sleepvraag

ik heb
A
ig habe
B
ich hat
C
ich hat
D
ich habe

Slide 18 - Quizvraag

wir = haben
ihr = ???
Sie/sie = haben
A
habst
B
habbet
C
habte
D
habt

Slide 19 - Quizvraag

ich habe ..... (voltiid deelwoord haben)
A
gehat
B
gehaben
C
gehabt

Slide 20 - Quizvraag

Simon .................... (haben)
A
habt
B
hast
C
haben
D
hat

Slide 21 - Quizvraag

Ik ken de persoonlijke voornaamwoorden
😒🙁😐🙂😃

Slide 22 - Poll

Ik kan het werkwoord sein vervoegen
😒🙁😐🙂😃

Slide 23 - Poll

Ik kan het werkwoord haben vervoegen
😒🙁😐🙂😃

Slide 24 - Poll

Sprechen

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video

Ihr braucht:
ein Stück Papier rot/blau (bekommt ihr von mir) und
einen Kugelschreiber 

Slide 27 - Tekstslide

Sprechen
Gespräch zu zweit vorbereiten
Frage + Antwort
Wie sagt man auf Deutsch?
Hoe heet jij?
Waar woon jij?
Hoe gaat het met je?
Hoe oud ben je?
Heb jij een huisdier?
Wat is jouw hobby?

Slide 28 - Tekstslide

Sprechen
Gespräch 
zu zweit
vorbereiten

timer
5:00

Slide 29 - Tekstslide

Sprechen
Gespräch zu zweit vorbereiten
Frage + Antwort
Wie heißt du?
Wo wohnst du?
Wie geht es dir?
Wie alt bist du?
Hast du ein Haustier?
Was ist dein Hobby?

Slide 30 - Tekstslide

Sprechen
Nimm dein Blatt mit.
Spreche mit mindestens fünf Schüler
rot spricht mit blau

Slide 31 - Tekstslide

6

Slide 32 - Video

Die nächste Stunde:
Wir machen einen Adventskalender.
Maak groepjes van twee of drie leerlingen.

Slide 33 - Tekstslide

00:30
Wat betekent de vraag:
Wann ist denn endlich Weihnachten?

Slide 34 - Open vraag

01:26
Vroeger had men eenvoudige manieren om af te tellen tot kerst.
Noem één manier.

Slide 35 - Open vraag

02:10
Welke oplossing voor Gerhards probleem biedt de moeder van Gerhard?

Slide 36 - Open vraag

03:01
Für Gerhard war es dann deutlich, die Kinder brauchten_____.
Wat hebben de kinderen nodig?

A
Een kerstboom
B
Een adventskalender
C
cadeautjes
D
een kalender

Slide 37 - Quizvraag

03:42
Als de kinderen een vakje openen zien ze:

Slide 38 - Open vraag

04:16
De eerst adventskalender werd in ______ gemaakt door de uitgeverij van Gerhard.
A
1900
B
1906
C
1908
D
1910

Slide 39 - Quizvraag

Hausaufgaben
1. Leer de rijtjes haben en sein
2.Leer het gesprek dat je vandaag opgeschreven hebt.

Slide 40 - Tekstslide