Basiskennis Thuisles: Lichaamstemperatuur en bewustzijn

Basiskennis (t)huiswerk
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
Begeleiden bij de ADLBeroepsopleidingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Basiskennis (t)huiswerk

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen voorbereiding (niveau 1 en 2)
Lichaamstemperatuur
  • Je beschrijft hoe de lichaamstemperatuur geregeld wordt (1)
  • Je legt de begrippen kerntemperatuur, verhoging, koorts en ondertemperatuur uit (2).
  • Je benoemt veelvoorkomende oorzaken van een te hoge en een te lage temperatuur (1).
  • Je beschrijft de verschillende fasen van temperatuurstijging (1).
  • Je legt uit op welke manieren je de lichaamstemperatuur kunt meten (2).
  • Je legt uit hoe je de lichaamstemperatuur van een zorgvrager meet, interpreteert en actie onderneemt bij afwijkende waarden (2).

Bewustzijn
  • Je beschrijft hoe je afwijkingen in het bewustzijn signaleert (1).
  • Je benoemt verschillende oorzaken van afwijkingen in het bewustzijn (1).
  • Je legt uit welke meetinstrumenten je kunt inzetten om het bewustzijn te meten (2).

Slide 2 - Tekstslide

Vitale functies
  1. Open in ZorgPad Leerpad 10 Vitale functies (thema Persoonlijke zorg)
  2. Lees thema 10.4 Lichaamstemperatuur
  3. Maak 1 Test je kennis
  4. Bekijk de instructiefilmpjes (zie volgende slides)

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Link

Slide 5 - Link

Vitale functies
  1. Open in ZorgPad Leerpad 10 Vitale functies (thema Persoonlijke zorg)
  2. Lees thema 10.5 Bewustzijn
  3. Bekijk het instructiefilmpje 'Bewustzijn meten met Glascow Coma Schaal'

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Link

Leg uit hoe het kan dat iemand een vermindert bewustzijn kan hebben

Slide 8 - Open vraag

Noem 8 afwijkingen die kunnen zorgen voor een vermindert bewustzijn

Slide 9 - Open vraag

Welke hulpmiddelen kun je inzetten om het bewustzijn te meten?

Slide 10 - Open vraag

Gefeliciteerd, je bent klaar!
Tijdens de les werken we aan de volgende leerdoelen:
  • Je meet en interpreteert de vitale functies van een zorgvrager en onderneemt de juiste actie bij afwijkende waarden (3).
  • Je gaat bij het bewaken van de vitale functies zorgvuldig om met de eigenheid en privacy van de zorgvrager (3).
  • Je registreert de gegevens op de juiste manier(3).

Slide 11 - Tekstslide