Europese unie

1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Hoe noem je een land waarin mensen stemmen op andere mensen, zodat die hen kunnen vertegenwoordigen?
A
Directe democratie
B
Parlementaire democratie
C
Participatieve democratie

Slide 2 - Quizvraag

Voor welke 4 organen kiezen wij in Nederland direct onze volksvertegenwoordigers?
A
2e kamer, Europees parlement, Provinciale staten, gemeenteraad.
B
2e kamer, Provinciale staten, regering en gemeenteraad
C
Europees parlement, 1e kamer, 2e kamer, gemeenteraad

Slide 3 - Quizvraag

Wie is de baas in een gemeente?
A
De burgemeester
B
De gemeenteraad
C
Het college van burgemeester en wethouders

Slide 4 - Quizvraag

bluf vraag!
Noem zoveel mogelijk politieke partijen in 1 minuut.

Slide 5 - Open vraag

Wie beslist in welke meren en rivieren je mag zwemmen?
A
gemeenteraad
B
waterschappen
C
Provinciale staten

Slide 6 - Quizvraag

De 75 leden van de 1ste Kamer worden
gekozen door de leden van de 12 Provinciale staten. Hoe noemen we deze vorm van verkiezingen?
A
directe verkiezingen
B
getrapte verkiezingen
C
Tweede Kamer

Slide 7 - Quizvraag

Wie beslist welke vakken op de middelbare scholen verplicht zijn?
A
Schooldirectie
B
Gemeenteraad
C
Tweede Kamer

Slide 8 - Quizvraag

Welk antwoord klopt over het verschil tussen een Kamerlid en een minister?
A
Leden van de 2e Kamer zijn gekozen door burgers, ministers niet.
B
Leden van de 2e Kamer horen bij de wetgevende macht; ministers bij de uitvoerende macht.
C
Zowel antwoord A als B klopt

Slide 9 - Quizvraag

Wat gebeurt er als een minister een voorstel heeft voor een nieuwe wet, maar de meerderheid van de 2e Kamer wil die wet niet?
A
De wet komt er toch, want de minister is belangrijker dan de 2e Kamer.
B
De wet komt er niet, want een meerderheid van de 2e Kamer moet ermee instemmen
C
De wet komt er niet, want zowel de minister als de leden van de 2e Kamer moeten de wet goed vinden.

Slide 10 - Quizvraag

Bluf vraag!
Noem zoveel mogelijk namen van leden van de 2e Kamer in 1 minuut

Slide 11 - Open vraag

Bluf vraag! Noem zoveel mogelijk namen van ministers en staatssecretarissen in 3 minuten

Slide 12 - Open vraag

Wie beslist welke ingredienten in chocolade moeten of mogen zitten?
A
Tweede Kamer
B
Fabrikant
C
Europese Unie

Slide 13 - Quizvraag

Bluf vraag!
Noem zoveel mogelijk landen die aangesloten zijn bij de Europese Unie.

Slide 14 - Open vraag

Wie beslist of een bus van Apeldoorn naar Arnhem rijdt?
A
De gemeenteraad van Apeldoorn en Arnhem overleggen samen
B
Ministerie van infrastructuur en Waterstaat
C
Provinciale Staten van Gelderland

Slide 15 - Quizvraag

Wie beslist of de buurtvereniging in Alkmaar subsidie krijgt voor een straatfeestje?
A
Gemeenteraad van Alkmaar
B
Burgemeester van Alkmaar
C
Provinciale Staten van Noord Holland

Slide 16 - Quizvraag

Wie beslist of het dragen van autogordels verplicht moet worden?
A
Tweede Kamer
B
Europese Unie
C
Gemeenteraad

Slide 17 - Quizvraag

Wie beslist er of het Nederlandse leger deelneemt aan een vredesmissie in een ander land?
A
Europese Unie
B
Tweede Kamer
C
Gemeenteraad

Slide 18 - Quizvraag