DUS: de tussenletter -n schrijf je als:
Het eerste deel van de samenstelling een
zelfstandig naamwoord is
en alléén een meervoud heeft op -
EN.
3 uitzonderingen waarbij je toch ook -e schrijft:
1. Er is er maar één van (zonnestraal / koninginnedag)
2. Het woord is niet meer als samenstelling te herkennen (schattebout / spillebeen)
3. Eerste deel versterkt het tweede deel (apetrots / beresterk)