Je moet de 7 werkwoordsvormen kennen en je moet gevraagde werkwoorden kunnen benoemen + spellen. Ook de Engelse werkwoorden die we in het Nederlands veel gebruiken.
Zoals we dit dus ook de laatste weken altijd geoefend hebben.
Slide 3 - Tekstslide
De 7 werkwoordsvormen
- persoonsvorm tegenwoordige tijd (pvtt)
- persoonsvorm verleden tijd (pvvt)
- voltooid deelwoord (vtdw)
- infinitief (inf)
- gebiedende wijs (geb.wijs)
- onvoltooid deelwoord/tegenwoordig deelwoord
- voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord gebruikt (bvnw)
Slide 4 - Tekstslide
Werkwoordspelling
Heel belangrijk!!!!
Je leert door te oefenen.
Oefenstof voor thuis:
- onder Taalverzorging (2.1 t/m 2.5) van je NU-licentie 3F;
Wij gebruiken cookies om jouw gebruikerservaring te verbeteren en persoonlijke content aan te bieden. Door gebruik te maken van LessonUp ga je akkoord met ons cookiebeleid.