12 febr..: oefenen WW-spelling online en fictieopdracht

12 febr. - oefenen WW-spelling  7.9 en 7.10
 Mavo 2 periode 3 
week 22 2e les (12 februari)

1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

12 febr. - oefenen WW-spelling  7.9 en 7.10
 Mavo 2 periode 3 
week 22 2e les (12 februari)

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welkom 
plattegrond: van mentor
timer
5:00

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planning
Lezen: eigen leesboek 
Startopdracht
 Fictie opdracht 
Start zelfstandig met tekstverbanden en signaalwoorden blz. 21 - 23
Afsluiting


timer
10:00

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Startopdracht
Woordslangpuzzel: >>
timer
3:00

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Woordslang
Vind zoveel mogelijk woorden in het vierkant. Je mag alle kanten op, maar een
letter mag maar één keer in het woord gebruikt worden.

Slide 5 - Woordweb

Voorbeelden van 6-7 letter woorden:Voorbeelden van 6-7 letter woorden:Voor de docent
Een prima oefening om de leerlingen te laten oefenen met spellen.

Werkwijke met devices:
  • Laat de leerlingen zoveel mogelijk woorden invoeren.
  • Vink hiervoor 'Devices in de klas' en 'Toon bij student' aan.
Werkwijze zonder devices:
  • Zet de woordslang op het bord.
  • Deel blaadjes uit en laat de leerlingen zoveel mogelijk woorden opschrijven.
Opties:
- Categoriseer de gegeven antwoorden in 2-letter, 3-letter, ...-letter woorden. Met devices zijn de antwoorden bij elkaar te zetten. Zonder devices kunnen de leerlingen hun antwoorden op post its schrijven en bij elkaar plakken.
- Geef leerlingen de opdracht in volgorde een 2-, 3-, 4- en 5-letterwoord te zoeken. 
- Zet eventueel een timer om de spanning te verhogen. 

Voorbeelden van 2-3 letter woorden:
me, te, en, in, el, er, mi, po, op, es, ei, mis, tol, tin, ten, het, her, ren, rel, set, eer, ere, een, hen, pot, mei, eis, mes, les
Voorbeelden van 4-5 letter woorden:
pies, plot, lint, mest, mist, stop, stel, eren, tent, meer, reis, eren, nest, heer, leer, stil, rest, stol, plots, licht, nicht, meren, eisen, leest, smeer, sneer, meest, piste, optie, loten, plint, poten
Voorbeelden van 6-7 letter woorden:
opstel, plicht, misere, resten, pieren, 
politie, misten, 
Voorbeelden van 8+ letter woorden:
plichten, stichten, stichter
Woordslang
Vind zoveel mogelijk woorden in het vierkant. Je mag alle kanten op, maar een
letter mag maar één keer in het woord gebruikt worden.
Vind jij het 13 letter woord voor de bonus van 25 punten!?

Slide 6 - Woordweb

Voor de docent
Een prima oefening om de leerlingen te laten oefenen met spellen.

Werkwijke met devices:
  • Laat de leerlingen zoveel mogelijk woorden invoeren.
  • Vink hiervoor 'Devices in de klas' en 'Toon bij student' aan.
Werkwijze zonder devices:
  • Zet de woordslang op het bord.
  • Deel blaadjes uit en laat de leerlingen zoveel mogelijk woorden opschrijven.
Opties:
- Categoriseer de gegeven antwoorden in 2-letter, 3-letter, ...-letter woorden. Met devices zijn de antwoorden bij elkaar te zetten. Zonder devices kunnen de leerlingen hun antwoorden op post its schrijven en bij elkaar plakken.
- Geef leerlingen de opdracht in volgorde een 2-, 3-, 4- en 5-letterwoord te zoeken. 
- Zet eventueel een timer om de spanning te verhogen. 

Voorbeelden van 2-3 letter woorden:
 de, en, in, eg, er, ei, nu, ui, rek, oer, die, ier, der, gin, vin, ren, roe, den
Voorbeelden van 4-5 letter woorden:
dier, unie, ding, roek, rein, gier, oren, rede, gein, drek, ring, kern, vrede, koren, reden, kring, snede, ieder
Voorbeelden van 6-7 letter woorden:
neigen, dingen, ringen, vredig, snedig, kneden, vriend, roeien, dreigen. roeiend, kringen, dringen
Voorbeelden van 8+ letter woorden:
vrienden, vriendin
13-letter woord:
VRIENDENKRING
Aan het werk
Werk verder aan je fictieopdracht af. 
timer
25:00

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

timer
5:00

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan het werk
Maak je fictieopdracht af en lever het in. 

Klaar? 

*Lees en maak blz.21-23 zelfstandig. 

timer
25:00

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

SO ww-spelling: 
Jayfiano, Lisandro, Dayana, Lenny, Samuël, Jesse

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting
Check de doelen bij jezelf: 
  1. Je weet hoe je werkwoorden, ook Engelse werkwoorden, moet schrijven. 
  2. Je kent het ww-schema uit je hoofd. 
  3. Je kan het invulschema invullen voor NL en EN ww. 
timer
5:00

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Volgende les 18 februari: 
Tekstverbanden en signaalwoorden. 
Start intro Wojtek. 

 Huiswerk : 
 geen

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vervoegen Nederlandse werkwoorden
en 
Engelse 

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies