Je gebruikt 'will + hele werkwoord' ...
1. voor feiten in de toekomst:
Our guests will come at ten o'clock = Onze gasten zullen om 10 uur komen.
2. om te voorspellen wat er zal gaan gebeuren
There'll be lots of sunshine tomorrow. = Er zal morgen voor zonneschijn zijn.
3. om aan te bieden iets te doen
I will carry that for you. = Ik zal dat voor je dragen.