H6.3 deel 2

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

Havo 4

6.3 Het absolutisme

Lesdoelen:

In deze paragraaf leer je:

- hoe de macht van Franse koningen werd vergroot

- hoe de macht van Engelse koningen werd beperkt

KA: het streven van vorsten naar absolute macht.

Herhaal de stof met de Quizziz.
Voer de code in die de docent heeft gegeven.

Welke uitspraak is goed? Gebruik de tekst; 'De Duitse keizer verliest macht'.

1. De Duitse keizer streefde naar meer macht in het Duitse rijk.
2. Door de Dertigjarige Oorlog verloor de Duitse keizer macht in het Duitse rijk.
3. Beiden zijn goed.
4. Beiden zijn fout.

Welke uitspraak is goed? Gebruik de tekst 'De machtige Franse koning'.

1. Lodewijk XIV had nog geen absolute macht in Frankrijk.
2. Het mercantilisme paste bij het absolutisme omdat burgers rijker werden door subsidies.
3. Beiden zijn goed.
4. Beiden zijn fout.

Havo 4 6.3 Het absolutisme

De Engelse koning verliest macht

In landen rondom Frankrijk streefden vorsten ook naar absolute macht.

- keizer van Oostenrijk, - koning van Pruisen, - tsaar van Rusland

In Engeland eindigde de machtsstrijd tussen de koning en het parlement in 1649 met de onthoofding van koning Karel I --> republiek.

In 1660 werd de monarchie hersteld door koning Karel II (streven naar absolute macht). Spanningen liepen weer op. Zijn opvolger Jacobus II was ook nog eens katholiek.

De protestante parlementsleden spanden samen met de Nederlandse stadhouder Willem III. In 1688 voer hij met een invasievloot naar Engeland. Jacobus II vluchtte naar Frankrijk en Willem III werd koning van Engeland.

In ruil beloofde Willem III de rechten van het parlement te respecteren.                 (= Glorious Revolution) --> Engeland werd een constitutionele monarchie.

Willem III

Willem III komt aan bij Torbay

Welke uitspraak is goed? Gebruik de tekst 'De Engelse koning verliest de macht'.

1. De Russische tsaar had absolute macht.
2. Door de Glorious Revolution werd Engeland een constitutionele monarchie met een koning met absolute macht.
3. Beiden zijn goed.
4. Beiden zijn fout.

Geef aan wat een constitutionele monarchie is.

Beschrijf tee gebeurtenissen waarbij de macht van Engelse koningen werd beperkt.

Zet de zinnen in de juiste volgorde. Begin bij hetgeen dat het langst geleden is.

1

2

3

4

5

Lodewijk XIV trekt het Edict van Nantes in dat protestanten in Frankrijk vrijheden bood.

De Engelse koning Karel I verliest de burgeroorlog en wordt onthoofd.

Engeland wordt een constitutionele monarchie.

De Dertigjarige Oorlog eindigt.

Lodewijk XIV sterft op 72-jarige leeftijd.

Gebruik afbeelding 6.13
Leg uit of deze afbeelding past bij het kenmerkend aspect van deze paragraaf.

Werk het leerdoel uitgebreid uit.
- hoe de macht van Engelse koningen werd beperkt.