De Geheimen van de Duitse Naamvallen Ontdekken

De Geheimen van de Duitse Naamvallen Ontdekken
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

De Geheimen van de Duitse Naamvallen Ontdekken

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het einde van de les kun je de vier Duitse naamvallen identificeren en correct toepassen.

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je al over naamvallen in het Duits?

Slide 3 - Woordweb

Wat zijn Naamvallen?
Naamvallen geven de functie van een woord in een zin aan. In het Duits zijn er vier: nominatief, accusatief, datief en genitief.

Slide 4 - Tekstslide

De Nominatief
De nominatief wordt gebruikt voor het onderwerp van de zin. Voorbeeld: 'Der Hund läuft.'

Slide 5 - Tekstslide

De Accusatief
De accusatief geeft het lijdend voorwerp aan. Voorbeeld: 'Ich sehe den Hund.'

Slide 6 - Tekstslide

De Datief
De datief wordt gebruikt voor het meewerkend voorwerp. Voorbeeld: 'Ich gebe dem Mann ein Buch.'

Slide 7 - Tekstslide

De Genitief
De genitief duidt bezit aan. Voorbeeld: 'Das ist das Auto des Mannes.'

Slide 8 - Tekstslide

Naamvallen Herkennen
Herken naamvallen aan lidwoorden en context. Oefen met zinnen en vul de juiste vorm in.

Slide 9 - Tekstslide

Praktische Oefening
Werk in paren om zinnen te maken met alle vier naamvallen. Presenteer aan de klas.

Slide 10 - Tekstslide

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open vraag

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open vraag

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open vraag