Les 2: De plot

Terugblik
We gaan terugblikken op les 1: 
Thema en woordweb


1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Terugblik
We gaan terugblikken op les 1: 
Thema en woordweb


Slide 1 - Tekstslide

De plot
Wat gaan we vandaag doen?

Vandaag gaan jullie aan de slag met het tweede deel van je verhaal: de plot. Jullie gaan de verhaallijn van het verhaal schrijven. Wordt ook wel de rode draad oftewel de kern van het verhaal genoemd.

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen
Wat ga je vandaag leren?

- Jij kent de betekenis van de plot
- Jij kent het verschil tussen protagonist en antagonist
- Jij kan de plot schrijven


Slide 3 - Tekstslide

Definitie
De plot:
De plot is een verhaallijn. De kern van het verhaal, waarin de conflict in voorkomt.
 Een plot bestaat uit: karakter + doel + conflict. 

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Basis ingrediënten
De hoofdpersoon in de plot wordt met een duur woord protagonist genoemd in de vorm van een held of antiheld. Meestal krijgt de protagonist een tegenpool/tegenstander. 

De tegenpool/tegenstander noem je een antagonist.
De relatie tussen die twee is een conflict, bijvoorbeeld: de protagonist wil iets, de antagonist wil iets anders en daarmee zitten ze elkaar in de weg. Als de antagonist geweld of gemene streken inzet om de protagonist tegen te staan, wordt hij/zij ook wel de slechterik/schurk genoemd.

Slide 6 - Tekstslide

Voorbeeld
Je karakter (bijvoorbeeld Simba) wil koning worden (doel), maar in de weg staat zijn oom Scar (conflict) en dat is je plot.

Slide 7 - Tekstslide

Wat is een antagonist?
A
De tegenstander
B
Het conflict
C
De hoofdpersoon
D
De kern

Slide 8 - Quizvraag

Wat is een protagonist?
A
De kern
B
De hoofdpersoon
C
De slechterik
D
Het conflict

Slide 9 - Quizvraag

Bedenk in maximaal 3 zinnen een plot, waarin een conflict afspeelt tussen de hoofdpersoon en de tegenstander. Doe dit in duo.
Tijdsduur: 5 minuten

Slide 10 - Open vraag

Het kan ook zijn dat de protagonist niet tegen een ander individu een conflict voert maar tegen het lot, of iets wat tussen hem/haar en zijn/haar doel staat. Ook kan een protagonist met zichzelf in de knoop zitten. Dus een antagonist hoeft niet per se een ander personage te zijn.

Slide 11 - Tekstslide

Kortom
Het basisrecept voor een goed plot bevat dus een protagonist in de vorm van een held of antiheld, en een antagonist die hem/haar in de weg zit (een antagonist hoeft niet per se een ander personage te zijn). Er moet dus een conflict zijn.

Slide 12 - Tekstslide

Opdracht
Maak samen met jouw groep opdracht 1 in it’s Learning.

 Tijdsduur: 15 min

Slide 13 - Tekstslide

Afsluiting
  • Wat heb je vandaag geleerd?
  • Waar heb je nog moeite mee?
  • Waar ben je het meest trots op?

Slide 14 - Tekstslide

Vooruitblikken
Volgende les gaan we het hebben over:
Plaats, ruimte, tijd en personages.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide