In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
§1.4 Soorten mengsels en pH
Slide 1 - Tekstslide
Je leert ..
het verschil tussen een oplossing, een suspensie, een emulsie, rook, nevel en mist
hoe je voorkomt dat een emulsie ontmengt
wat de pH van een oplossing betekent en hoe je die bepaalt
Slide 2 - Tekstslide
Herhaling Zuivere stof/ mengsel
Zuivere stof:
Bestaat uit 1 soort stof
Mengsel:
Bestaat uit meerdere
verschillende stoffen
Slide 3 - Tekstslide
De moleculen van een zuivere stof kunnen wel uit verschillende kleinere onderdelen (= atomen: theorie hfdst 2) bestaan.
Slide 4 - Tekstslide
timer
2:00
Welke mengsels ken je al?
Slide 5 - Woordweb
Soorten mengsels
De verschillende soort mengsels kunnen als volgt worden onderverdeeld:
- Oplossing - Rook
- Suspensie - Nevel
- Emulsie - Schuim
Slide 6 - Tekstslide
Oplossing = helder
vast, vloeibaar of gas opgelost in een vloeibaar oplosmiddel
Slide 7 - Tekstslide
Zo ontstaat een oplossing
Slide 8 - Tekstslide
Suspensie = troebel
Vaste stof zwevend in een vloeistof
Slide 9 - Tekstslide
Emulsie
Vloeistof in een vloeistof
Troebel
Zal vaak ontmengen in een tweelagensysteem
Slide 10 - Tekstslide
ontmengen
emulsie
emulgator
Zo onstaat een emulsie
Slide 11 - Tekstslide
Andere mengsels
Rook: gas met daarin zwevend kleine vaste stof deeltjes
Slide 12 - Tekstslide
Andere mengsels
Schuim: een vloeistof of vaste stof met daarin zwevend kleine gasbelletjes
Slide 13 - Tekstslide
Andere mengsels
Nevel: een gas met daarin zwevend kleine vloeistof druppeltjes
Wanneer het zicht in nevel minder dan 1000 meter wordt, dan spreken we van mist.
Slide 14 - Tekstslide
Hoe voorkom je dat een emulsie ontmengt?
Slide 15 - Tekstslide
Welk soort mengsel is dit?
A
Oplossing
B
Suspensie
C
Emulsie
D
Schuim
Slide 16 - Quizvraag
Welk mengsel is altijd helder?
A
Suspensie
B
Oplossing
C
Emulsie
D
Nevel
Slide 17 - Quizvraag
Water gemengd met zand is een
A
Suspensie
B
Emulsie
C
Oplossing
D
Schuim
Slide 18 - Quizvraag
Spa rood is een ?
A
Suspensie
B
Emulsie
C
Oplossing
D
Nevel
Slide 19 - Quizvraag
hoe heet het mengsel van een vloeistof in een gas
A
Schuim
B
Rook
C
Oplossing
D
Nevel
Slide 20 - Quizvraag
vast
vloeistof
gas
vast
vloeistof
gas
Hoofd bestand-deel
onderdeel van
Waar horen deze TROEBELE MENGSELS?
Suspensie
Rook
Nevel
Emulsie
Schuim
Slide 21 - Sleepvraag
pH waarde
pH waarde zegt iets over de "zuurgraad" van water.
Zonder juiste pH-waarde is het niet fijn zwemmen.
Daarom moet je altijd de pH-waarde van je zwembad meten en aanpassen
Slide 22 - Tekstslide
De pH-schaal gaat van 0 tot 14
De pH-waarde meet je met Voorbeelden van stoffen universeel indicatorpapier
Slide 23 - Tekstslide
Zuiver Water is neutraal
Een neutrale oplossing is niet zuur en niet basisch. Een neutrale oplossing is niet schadelijk.
Een oplossing met een te lage pH (zuur) of met een te hoge pH(base) hebben een bijtende werking en tasten je huid aan.
Slide 24 - Tekstslide
Wat is zuur ?
Een zure oplossing smaakt zuur en kan bijtend voelen op je huid. De zuurgraad (pH-waarde) geeft aan hoe zuur een oplossing is. Zuur: pH < 7 en is geschikt om kalkresten te verwijderen.
Slide 25 - Tekstslide
Wat is basisch?
Een basische oplossing smaakt zeepachtig en voelt glibberig.
Basisch is het tegenovergestelde van zuur. Hoe basischer des te hoger de pH. Geschikt om vetresten te verwijderen.
Base: pH > 7 en < 14
Slide 26 - Tekstslide
PH Meten
De pH kun je meten met pH-papier. Dit papier verkleurd afhankelijk van de pH-waarde. In het papier zit een indicator die verkleurd. Een indicator is een stof waarmee je andere stof kunt aantonen.
Slide 27 - Tekstslide
De pH-schaal gaat van 0 tot 14
Een pH verschil van 1 is 10x zo zuur of basisch
Een pH verschil van 2 is 100x zo zuur of basisch
Een pH verschil van 3 is 1000x zo zuur of basisch
Een pH verschil van 4 is ........... x zo zuur of basisch