H4.4 Problemen op de arbeidsmarkt

1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 4

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Inhoud:

  • 4.1 Hoe wil je werken?
  • 4.2 Sta je sterk in je werk?
  • 4.3 Vraag en aanbod op de arbeidsmarkt?
  • 4.4 Problemen op de arbeidsmarkt?

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen voor vandaag:
Na deze les weet ik...
  1. welke gevolgen werkloosheid heeft voor mensen en voor de hele samenleving
  2. wat de oorzaken zijn van conjuncturele werkloosheid
  3. wat de oorzaken zijn van structurele werkloosheid
  4. welke andere soorten werkloosheid er zijn
  5. hoe werkloosheid bestreden kan worden

Slide 3 - Tekstslide

Werkloosheid een probleem?
voor de werkloze zelf:
  • verlies van inkomen,
  • onzekerheid,
  • gemis aan sociale contacten,
  • gevoel nutteloos te zijn,
  • geen vast dagritme meer.

Slide 4 - Tekstslide

Werkloosheid een probleem?
Probleem voor de samenleving:
  • het talent en de inzet van mensen wordt niet benut,
  • samenleving betaalt de uitkeringen aan werklozen,
  • welvaartsverschil werkenden - werklozen.
  • de premies kunnen stijgen als de                                  werkloosheid stijgt
  • Je houdt dan netto minder over

Slide 5 - Tekstslide

Conjuncturele werkloosheid
  • gevolg van minder vraag naar goederen en diensten door afnemende bestedingen.

Slide 6 - Tekstslide

Conjuncturele werkloosheid
Wat is eraan te doen?
  • Overheid: lagere loonheffing --> hoger nettoloon --> vraag neemt toe.
  •  investeren (bijv. in infrastructuur) --> vraag neemt toe.
  • Werkgevers: lonen verhogen --> vraag neemt toe.
  • loonmatiging toepassen --> beperking van loonstijging
  • goedkoper produceren --> concurrerend meer productie 

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Kort opdr maken
Maak opdr 3, 4 en 5 op blz 119
timer
4:00

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Structurele werkloosheid
Gevolg van problemen aan de aanbodkant van de economie:
  • aanbod van verouderde producten: productie stopt.
  • aanbod van nieuwe productiemethoden: door automatisering minder mensen nodig
  • aanbod en productie gaat naar lagelonenlanden
  • aanbod van werkzoekenden met de ‘verkeerde’ opleiding: geen kans op werk.
  • Structurele werkloosheid is vaak blijvend.

Slide 11 - Tekstslide

Structurele werkloosheid
Wat is eraan te doen?
  • Innovatie van producten: nieuwe producten waar vraag naar is.
  • Innovatie van productiemethoden
--> goedkoper produceren --> meer vraag --> meer productie --> meer personeel nodig.
  • Scholing van personeel voor banen die er wel zijn.

Slide 12 - Tekstslide

Meer soorten....
Frictiewerkloosheid: Na opleiding of ontslag heb je tijd nodig om een nieuwe baan te vinden.
Regionale werkloosheid: In een bepaald gebied is de werkloosheid hoger dan gemiddeld in het land.
Seizoenwerkloosheid: Bepaald werk kan niet gedaan worden in een deel van het jaar. Bijvoorbeeld: werk op de kermis.



Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Conjuncturele werkloosheid ontstaat:

Leg uit!
A
als consumenten meer geld hebben
B
als consumenten minder geld hebben
C
als bedrijven meer geld hebben
D
als bedrijven minder geld hebben

Slide 15 - Quizvraag

Werkloosheid die ontstaat doordat het tijd kost om werk te zoeken. Dit is een vorm van...
A
Seizoenswerkeloosheid
B
Regionale werkloosheid
C
Structurele werkloosheid
D
Frictiewerkloosheid

Slide 16 - Quizvraag

Nog niet zo lang geleden was China een lagelonenland. Om die reden vestigden ook Nederlandse bedrijven zich in dat land. De werkloosheid nam daardoor in Nederland toe.
Leidt de verplaatsing van Nederlandse bedrijven naar China tot conjuncturele of structurele werkloosheid?
A
Conjuncturele werkloosheid
B
Structurele werkloosheid

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Tekstslide

Ga zelf aan de slag!
Gebruik de rest van de les om 4.4 af te maken 

Ben je eerder klaar? Ga dan verder met het voorbereiden voor het SE-economie. Maak bijvoorbeeld een mindmap of samenvatting per paragraaf.

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Wat is structurele werkloosheid?
A
Dat een bepaald beroep helemaal verdwijnt en dus veel mensen op straat staan
B
Dat mensen elk deel van het jaar dezelfde soort werkloosheid hebben
C
Dat mensen arbeidsongeschikt zijn
D
Dat mensen slechts in bepaalde seizoenen geen werk hebben

Slide 22 - Quizvraag

Welke van de onderstaande ontwikkelingen heeft structurele werkloosheid tot gevolg?
A
De afgelopen jaren is het slechter gegaan met de economie
B
Door vergrijzing krimpt de beroepsbevolking
C
Veel bedrijven verplaatsen de productie naar lagelonenlanden
D
Vernieuwende bedrijven zorgen voor vraag naar arbeid

Slide 23 - Quizvraag

Van welk soort werkloosheid is sprake?
"Tijdens perioden van crisis...."
A
regionale werkloosheid
B
structurele werkloosheid
C
seizoenswerkloosheid
D
conjuncturele werkloosheid

Slide 24 - Quizvraag

HUISWERK
Maken opdrachten 4.4

Slide 25 - Tekstslide