Gesprekstechnieken triage

Gesprekstechnieken triage
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Gesprekstechnieken triage

Slide 1 - Tekstslide

Les planning
  1. presentie
  2. herhaling vorige week
  3. Bespreken huiswerk
  4. Uitleg welke gesprekstechnieken zijn er 
  5. Maak de E-learning Gesprekstechnieken
  6. Oefenen met triage gesprek 
  7.  Evaluatie
  8. Huiswerk

Slide 2 - Tekstslide

Herhaling Les 1 en 2
Doormiddel van een quiz, gaan we kijken hoe iedereen de dingen van de vorige lessen heeft onthouden. 

Ze gaan op tijd je hebt 20 seconden om te antwoorden. Daarna gaat de vraag weg. 
Succes. 

Slide 3 - Tekstslide

Waarmee begin je een triage gesprek nadat je hebt opgenomen
A
Waarmee kan ik u helpen
B
Wat is u klacht
C
De urgentie vaststellen
D
De ABCDE vragen

Slide 4 - Quizvraag

Wat is de juiste definitie van triage?
A
Sorteren
B
urgentie bepalen
C
aanvullen
D
vragen stellen

Slide 5 - Quizvraag

Wat betekent triage/triëren?
A
Agenda bijhouden.
B
Telefoon aannemen.
C
Het scheiden van materialen.
D
De urgentie van de hulpvraag bepalen.

Slide 6 - Quizvraag

Wat is een valkuil bij triage?
A
Denken in urgentie
B
Denken in diagnose
C
Denken in toestandsbeelden
D
Snel en adequaat handelen

Slide 7 - Quizvraag

Waar denk je aan bij toestandsbeeld
A
Omschrijving van de urgentie
B
Omschrijving van de diagnose
C
Omschrijving van de klachten
D
Omschrijving van de situatie

Slide 8 - Quizvraag

Wat is de betekenis van U5 bij triage
A
Dringend
B
Spoed
C
Levensbedreigend
D
Advies

Slide 9 - Quizvraag

Wat is een ingangsklacht
A
De urgentie waarmee een patiënt belt
B
De klacht waarmee een patiënt belt
C
De toestand waarin een patiënt belt
D
Geen idee

Slide 10 - Quizvraag

Wat is de betekenis van U2 bij triage
A
Dringend
B
Spoed
C
Advies
D
Levensbedreigend

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Tekstslide

We gaan het over gesprekstechnieken hebben.

Er zijn verschillende vormen van gesprekstechnieken en iedereen kent er wel een paar. We gaan de verschillen bespreken en uitzoeken welke het beste is voor jullie als doktersassistent 

Slide 13 - Tekstslide

Welke gesprekstechnieken kennen jullie?

Slide 14 - Woordweb

Welke gesprekstechnieken zijn er
LSD = Luisteren, Samenvatten, Doorvragen. LSD mag je dus gebruiken.
OMA = Oordelen, Meningen en Adviezen. OMA kan je beter thuis laten.
ANNA = Altijd Navragen, Nooit Aannemen. Neem Anna dus wel altijd mee.
NIVEA = Niet Invullen voor een Ander. Lekker smeren dus.
OEN = Open, Eerlijk en Nieuwsgierig. Wees dus gewoon maar een OEN.
DIK = Denken in Kwaliteiten (of Denken in Kansen)

Slide 15 - Tekstslide

Welke gesprekstechniek zullen wij vaak gebruiken in de praktijk
A
OMA
B
ANNA
C
LSD
D
LDS

Slide 16 - Quizvraag

Opdracht
Jullie  gaan in Medilect aan de slag met de 
E-learning Gesprekstechnieken 
Dit vind je in Medilect Triage basis module 

Dit is de laatste les om het in orde te maken, zijn er redenen waarom dit niet gaat lukken bespreek dit met je Mentor. 
timer
30:00

Slide 17 - Tekstslide

Oefenen
Doe je telefoon weg.
Pak allemaal de NHG triagewijzer.
Heb je deze niet pak een boek uit de kast.
We gaan proberen een triage gesprek te voeren.
De spinner geeft aan wie er aan de beurt is
Iedereen komt een keer aan de beurt. Ben je nu dan voorlopig even niet meer. 

Slide 18 - Tekstslide


Na deze les, 
wil ik...
de uitleg nog 1 keer horen
meer voorbeelden krijgen
meer oefeningen maken
de leerstof thuis nog even bekijken
overgaan naar nieuwe leerstof
nog meer te weten komen over de leerstof
niet meer te weten komen over de leerstof
nog iets anders (vul de vraag op de volgende slide in)

Slide 19 - Poll

Zijn er nog vragen over dit onderwerp

Slide 20 - Open vraag

Afsluiting 

Slide 21 - Tekstslide