2hv - Les 7 P3 - 4e naamval

2hv
Les 2 P4
Deutsch!
Gutentag
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

2hv
Les 2 P4
Deutsch!
Gutentag

Slide 1 - Tekstslide

Studienführer
Voorbereiding voor les 2:
maken: Schritt 39




Verwerkingsopdrachten na L2
 maken:  Schritt 40

Slide 2 - Tekstslide

Unterrichtsziele
 - 1e, 4e naamval
begrijpen (met schema)
 +4 voorzetsels vertalen

Wiederholung
-modale werkwoorden



Slide 3 - Tekstslide

Vorbereitet:
Schritt 39

Hausaufgaben:
Schritt 40

Slide 4 - Tekstslide

Schritt 35-40 - 22. Mai
Schritt 35 Lesen: je kunt meelezen met een luisterfragment
Schritt 36: Gespräche führen: je kunt een gesprekje aan de balie voeren
Schritt 37: Schreiben : je kunt een informeel e-mailtje schrijven over een concert.
Schritt 38: Gespräche führen: je kunt een gesprekje over activiteiten voeren

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

die Eifersucht
A
de verslaving
B
de ijverigheid
C
de jaloezie
D
het enthousiasme

Slide 8 - Quizvraag

hassen
A
hebben
B
hazen
C
haten
D
bedriegen

Slide 9 - Quizvraag

vaak
A
vack
B
oft
C
waack
D
häufig

Slide 10 - Quizvraag

de relatie
A
die Relation
B
die Beziehung
C
die Relatie
D
die Zusammenschaft

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Tekstslide

       Vertaal de voorzetsels
door
voor
tegen
zonder 
om
tot
durch 
  für
gegen
ohne
um
bis

Slide 13 - Sleepvraag

De 4e naamval
lijdend voorwerp
+4 voorzetsel
tijdsbepaling zonder voozetsel
keuzvoorzetsel

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Der Mann geht nach Hause.

Ich gebe dem Mann mein Geld.

Ich sehe den Mann.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Wij gebruiken bij Duits een schema!

Slide 18 - Tekstslide

? ---> Naamval

Slide 19 - Tekstslide

.... Mann hat einen lieben Hund.
A
Der
B
Die
C
Dem
D
Den

Slide 20 - Quizvraag

Ich sehe .... Mann nicht mehr.
A
Der
B
Die
C
Den
D
Dem

Slide 21 - Quizvraag

Ich habe ... (geen) Ahnung,

Slide 22 - Open vraag

Soll ich ........ (hem) nach Hause bringen?

Slide 23 - Open vraag

Die Mutter hat ........ (zij) schon dreimal angerufen.

Slide 24 - Open vraag

Ich habe ......... (jullie) gestern gesehen.

Slide 25 - Open vraag

Warum haben ....... (u) nichts gesagt?

Slide 26 - Open vraag

Ich sehe ....... jeden Tag.
A
er
B
ihn

Slide 27 - Quizvraag

Das ist für ...............
A
ihr
B
euch

Slide 28 - Quizvraag

Hat Martin Anja eingeladen (uitgenodigd)?
Ja, .......... hat ............. eingeladen.

Slide 29 - Open vraag

Hat Vera dich nicht begrüßt?
Ja doch, ....... hat ........ begrüßt

Slide 30 - Open vraag

Kennt ihr (unseren Nachbar)?
Nein, .............. kennen ......... nicht

Slide 31 - Open vraag

Kennst du (diesen komischen Mann)..........?

Slide 32 - Open vraag

Slide 33 - Tekstslide

Vertaal de zinnen naar het Nederlands.

Slide 34 - Tekstslide