grieken

1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Wat is een kenmerk van een tirannie?
A
Onderdrukking van de bevolking door een alleenheerser
B
Bestuur door het volk
C
Bestuur door een selecte groep machtige personen
D
Bestuur door religieuze leiders

Slide 10 - Quizvraag

Wat is een kenmerk van een aristocratie?
A
Bestuur door religieuze leiders
B
Bestuur door één persoon
C
Bestuur door een selecte groep machtige personen
D
Bestuur door het volk

Slide 11 - Quizvraag

Wat was een kenmerk van de Atheense democratie?
A
Directe participatie van burgers
B
Geheime stemming
C
Regering door militaire leiders
D
Erflotterij om leiders te kiezen

Slide 12 - Quizvraag

Welke Griekse stadstaat wordt beschouwd als de bakermat van democratie?
A
Sparta
B
Corinthe
C
Athene
D
Thebe

Slide 13 - Quizvraag

Waarom vonden de oude Grieken het belangrijk om te winnen bij de Olympische Spelen?
A
Omdat ze een olijfkrans konden winnen.
B
Omdat ze eeuwige roem konden krijgen.
C
Omdat ze veel geld konden winnen.
D
Omdat ze dan beter waren dan anderen.

Slide 14 - Quizvraag

Waarom was het voor de oude Grieken belangrijk om de Olympische Spelen te winnen?
A
Op deze manier brachten ze eer aan hun stadstaat en was je een echte held
B
Op deze manier konden ze de wereld laten zien dat ze de beste waren
C
Op deze manier konden ze veel prijsgeld winnen
D
Op deze manier konden durfden andere stadstaten hen niet aan te vallen

Slide 15 - Quizvraag

Waar woonden volgens de oude Grieken de Griekse Goden?
A
op de acropolis
B
op de berg vesuvius
C
in athene
D
op de berg olympus

Slide 16 - Quizvraag

Hoe noem je de verhalen over Griekse goden en wezens die de Grieken vertelden?
A
Sprookjes
B
Tragedies
C
Komedies
D
Mythes

Slide 17 - Quizvraag

2: Tijd van Grieken en Romeinen

Hoe heette de oppergod van de Grieken?
A
Zeus
B
Hercules
C
Poseidon
D
Athene

Slide 18 - Quizvraag

3. In de Griekse wereld was er sprake van een culture eenheid: de Grieken voelden zich één volk. Wat deelden de Grieken niet met elkaar?
A
Het (letter)schrift
B
De taal
C
De goden
D
Het bestuur

Slide 19 - Quizvraag

In welke Griekse stad werden vroeger door de Grieken de Olympische spelen gehouden?
A
Olympia
B
Athene
C
Mikonos
D
Korfoe

Slide 20 - Quizvraag

Waarom hielden de Grieken Olympische Spelen?
A
Om voor vrede te zorgen
B
Om de god Zeus te eren
C
Omdat men er veel geld aan kon verdienen
D
Om de koning te eren

Slide 21 - Quizvraag

Ter ere van welke god werden de Griekse olympische spelen georganiseerd?
A
Aphrodite
B
Hera
C
Zeus
D
Poseidon

Slide 22 - Quizvraag

Wat werd in de Griekse Oudheid tijdens de Olympische Spelen tijdelijk stilgezet?
A
Theatervoorstelling, zoals tragedies en komedies
B
Oorlogen
C
De handel tussen stadstaten
D
Offers brengen aan Griekse goden

Slide 23 - Quizvraag

Slide 24 - Tekstslide

Welke oude Griekse wiskundige staat bekend om zijn stelling over de zijden van een rechthoekige driehoek?
A
Archimedes
B
Euclides
C
Pythagoras
D
Thales

Slide 25 - Quizvraag

Wat was de belangrijkste bijdrage van de oude Grieken aan het ontstaan van wetenschappelijk denken?
A
De oude Grieken waren de eerste mensen die de wetten van de fysica formuleerden.
B
De oude Grieken ontdekten het concept van het atoom.
C
De oude Grieken waren de eerste mensen die wetenschappelijke experimenten uitvoerden.
D
De oude Grieken introduceerden logica en redenering in hun denken.

Slide 26 - Quizvraag

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Wat was de belangrijkste vorm van verspreiding van de Griekse cultuur onder Alexander de Grote?
A
Hellenisering van veroverde gebieden
B
Vernietiging van lokale culturen
C
Beperking van culturele uitwisseling
D
Bevordering van inheemse tradities

Slide 29 - Quizvraag

Wat was de belangrijkste taal die werd gebruikt voor administratie en communicatie in de door Alexander veroverde gebieden?
A
Egyptisch
B
Aramees
C
Grieks
D
Latijn

Slide 30 - Quizvraag