2021 ADO 3 cours 20

Cours 20
- Situons et décrivons des lieux

LDT 38 exo 3:
 Raconte 3 choses





Zzi.sh
code
klas 3:
cqn78784 

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 22 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Cours 20
- Situons et décrivons des lieux

LDT 38 exo 3:
 Raconte 3 choses





Zzi.sh
code
klas 3:
cqn78784 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

C'est à Paris
C'est en France

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

C'est à Berlin
C'est en Allemagne

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

C'est à Rome
C'est en Italie

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

C'est à Lisbonne
C'est au Portugal

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

C'est à Rio de Janeiro
C'est au Brésil

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

C'est à Billund
C'est au Danemark

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

C'est à New York
C'est aux États-Unis

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

C'est à Lisse
C'est aux Pays-Bas

Slide 17 - Tekstslide

vocabulaire
C'est où? = waar is het?
C'est en France  = het is in Frankrijk
C'est au Portugal 
C'est aux Pays-Bas
C'est à Paris
C'est dans une région française = het is in een Franse streek
C'est sur une île = het is op een eiland
C'est à quelle distance de ta ville natale? = Het is op welke afstand vanaf jouw geboortestad
loin de  / près de = ver weg / dichtbij

Slide 18 - Tekstslide

grammaire
-la France -> en France 
Voor vrouwelijke landennaam (eindigt op e)
-le Portugal -> au Portugal
Voor mannelijke landennaam
voorbeeld: le Danemark, le Luxembourg
-les Pays-Bas -> aux Pays-Bas
Voor meervoud (eindigt op s)
voorbeeld: les États-Unis
-Voor een stad / dorp - à, bijv à Paris

Slide 19 - Tekstslide

CDA 21
CDA 21 - exo 1,2,3
1. Zet de woorden in de juiste zin en zoek ze in de woordzoeker
2. Kijk op CDA 80. Vertaal de woorden en zet ze in de juiste zin
3. Luister naar het gesprek tussen Nina en Louise. Verbind met:
a. Het huidige leven van Nina en Louise
b. Het ideale leven van Nina
c. Het ideale leven van Louise

Slide 20 - Tekstslide

Exo 3
Vertel 3 dingen: Waar ligt het land / de stad?
Denk aan: continent / streek, zee / oceaan, dichtbij / ver weg

Exemple: L'Espagne est en Europe. Ça se trouve au bord de la Méditerrannée. C'est près de la France et loin de la Roumanie.

Slide 21 - Tekstslide

Photo de vacances
Vertel 3 dingen: Waar was je? Waar ligt het land / stad? Op welke afstand vanaf Zwolle ligt het?

Exemple: 

Slide 22 - Tekstslide